Verzamelde gedichten(1941)–H. Marsman– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 72] [p. 72] De bruid Ik dacht dat ik geboren was voor verdriet en nu ben ik opeens een lied aan 't worden, fluisterend door het ijle morgenriet. nu smelt ik weg en voel mij openstroomen naar alle verten van den horizon, maar ik weet niet meer waar mijn loop begon. de schaduwen van blinkend witte wolken bespelen mij en overzeilen mij; en scholen zilvren visschen bevolken mijne diepte en bliksemend voel ik ze mij doorschichten en mijne wateren alom doorkruisen en in mijn lisschen vluchten zij zijn mijn kind'ren en mijn liefste droomen ik ben nu volgegoten met geluk. de tranen die ik schreide en de zuchten zie ik vervluchtigen tot regenbogen die van mijn oogen springen naar de zon. waar zijn de bergen van den horizon? ik zie ze niet Vorige Volgende