| |
| |
| |
De stille in den lande.
Wys: François marchant au Combat, &c.
De een kroond men met den naam van Kees,
Maar ik leef stil en buiten vrees,
En lach met al 't gesnoef;
Maar sabels, bommen, kruit en lood,
'k Spot met Partyschap, en all wat
De stille rust verstoort,
'k Leef by myn wyn en botervat,
Maar sabels, bommen, kruit en lood,
| |
| |
'k Waar zot, begaf ik my te veld,
Neen: aan den vollen disch,
Daar kerf, daar steek ik als een held,
'k Loop storm, met vork en mes,
Daar schiet ik bres, by bres;
Maar sabels, bommen, kruit en lood,
Nu vecht ik met een Runderribb',
Vol zieu en malsch gebraan,
Dan met een Ham, Patrys of Snip;
Ik stort geen menschen bloed;
Doch sabels, bommen, kruit en lood,
En koomt de Frecadel te veld,
Deez' vriend vind geen gena;
Maar, bukt, terstond, voor myn geweld;
'k Loop storm op hem, en slaa
Hem onvertzaagt ter neêr,
Maar sabels, bommen, kruit en lood,
| |
| |
Het bloed vloeit lans myn kneukels neêr,
Wanneer ik myn gevreest geweêr,
Verscheur ze met de tand;
Maar sabels, bommen, kruit en lood,
De volle fles is myn mortier,
Het glas myn kleen musket;
Het mes den sabel dien ik zwier,
Zie daar het helden-tuig,
Waar meê 'k den vyand buig;
Maar sabels, bommen, kruit en lood,
'k Leef eens, en zou ik dan dien tyd,
Aan poef, poef, paf besteên?
Myn leven wagen in den stryd,
Doen kerven? Neen: den disch,
Kies ik voor sabels, kruit en lood,
Daar ben ik buiten schoot.
|
|