Lukas VII: 36, 37, 38, 39, 40, 41, 42, 43, 44, 45, 46, 47, 48, 49, 50.
EEN der Pharizeen bad hem, dat hy met hem ate: en in gegaan zynde in des Pharizeens huis, zat hy aan. En ziet, een vrouwe in de stad, welke een zondaaresse was, verstaande dat hy in des Pharizeens huis aanzat, bragt een alabaster-flesse met zalve. En staande achter aan zyne voeten, weenende, begon zy zyne voeten nat te maaken met traanen, en zy droogde ze af met het hair van haar hoofd, en kuste zyne voeten, en zalfde ze met de zalve. En de Pharizeus, die hem genood hadde, [zulks] ziende, sprak by hem zelven, zeggende, Deze, indien hy een Propheet waare, zoude wel weeten wat en hoedaanigen vrouwe deze is, die hem aanraakt: want zy is een zondaaresse. En Jezus antwoordende zeide tot hem, Simon, ik hebbe u wat te zeggen. En hy sprak, Meester zegt het. [Jezus zeide,] Een zeker schuld heer hadde twee schuldenaars: de een was schuldig vyf honderd penningen, en de ander vyftig. En als zy niet en hadden om te betaalen, schold hy het haar beiden quyt. Zegt dan, wie van deze zal hem meer lief hebben? En Simon antwoordende zeide, Ik achte dat hy het [is,] dien hy het meeste quyt gescholden heeft. En hy zeide tot hem, Gy hebt recht geoordeeld. En hy hem omkeerende na de vrouwe, zeide tot Simon, Ziet gy deze vrouwe? Ik ben in uw' huis gekomen, water en hebt gy niet tot myne voeten gegeeven, maar deze heeft myne voeten met traanen nat gemaakt, en met het hair haares hoofds afgedroogd. Gy en hebt my geenen kus gegeeven: maar deze, van dat zy in gekomen is, en heeft niet af gelaaten myne voeten te kuffen. Met olie en hebt gy myn hoofd niet gezalfd: maar deze heeft myne voeten met zalve gezalfd. Daarom zegge ik u, haare zonden zyn [haar] vergeeven die veele waaren, want zy heeft veel lief gehad: maar dien weinig vergeeven word, die heeft weinig lief. En hy zeide tot haar, Uwe zonden zyn [u] vergeeven. En die mede aanzaten begonden te zeggen by haar zelven, Wie is deze die ook de zonden vergeeft? Maar hy zeide tot de vrouwe, Uw' geloove heest u behouden, gaat
heenen in vrede.