wandelen te zaamen den gelukzaligen weg, die op dezelve toegaat, hoewel door des vyands land met voorzichtigheid en waakzaam omzien, wegens zyne pyle, en quaade laagen, ontmoetinge en aantastinge, dat ons doet zuchten en duchten, nochtans is de waarde der hoope groot, door den rykdom des kostelyken geloofs, met het welke wy na 't gemoed wandelen voor het heilige aangezigte Gods in de zoete naame Jezus, niet van verre, als boven den gesternden hemel, maar van naby, als voor de deure des herten, volgens zyn ongedeelde alvervullende tegenwoordigheid, tot welke wy ons zachtelyk neigen met de begeerte des gemoeds. En alzo zyn wy zaamen vreemdelingen in deze wereld, en hoopen op eenderlei erffenisse, als kinderen van eenen Vader, derhalven zyn wy nabestaande Vrienden, verwachtende de volmaakte te zaamen-wooninge, en onbelemmerde genieting van malkanders vredig, en verheugelyk gezelschap, eeuwig zonder einde, voor het zaligmaakende aangezicht van den hemelsen Vader, omhelst van zyne eeuwige liefde, ons vermeidende in zyne wonderen, deze verwachtinge is groot, het is nu lange dat wy malkander niet zagen, nochtans hebben wy malkander met de genegentheid dikmaals bezogt, want wy hoopen malkander in eeuwigheid te zien en te kennen, voor het heilige aangezicht van het licht der Goddelyke Majesteit, tot een eeuwig verblyden in de Engelsche wereld. En ik hoop ook noch eerlang hier op de weg van onze Pelgrimagie,