Zangen van Bilitis
(1969)–Pierre Louÿs– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 180]
| |
Het ontwakenGa naar voetnoot*Reeds is het volop dag. Ik moest nu al zijn opgestaan. Maar
o de morgenslaap is zoet en met mijn handen saamgeklemd
tussen mijn dijen wil ik mezelf nog even blijven strelen.
Zo dadelijk ga ik naar de stal, daar geef ik dan de geiten
gras en bloemen en verder helder water uit de put, waar ik
gelijk met hen zal drinken.
Daarna bind ik ze aan de paal en melk hun zachte, lauwe
uiers en zijn de kleine geitjes niet jaloers, dan zuig ik vòòr
hen aan de soepele tepels.
Maar eerst wil ik nog 'n beetje spelen met mijn hete
maagdelijkheid, één enkele keer, maar tot het einde toe.
De zon is te vroeg opgestaan. Mijn moeder is nog niet
ontwaakt.
|
|