Zangen van Bilitis(1969)–Pierre Louÿs– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 162] [p. 162] De laatste minnaar Kind, ga hier niet voorbij zonder met mij de liefde te hebben meegemaakt. Ik ben nog immer mooi wanneer het nacht is; en je zult merken dat mijn herfst veel heter is dan 't voorjaar van een ander. Jaag niet de liefde van de maagden na. De liefde is een lastig ambacht, waarin de jonge meisjes nog niet erg bedreven zijn. Ik heb er heel mijn leven over gestudeerd om 't aan mijn laatste minnaar weg te schenken. Mijn laatste minnaar zal jij zijn, dat weet ik. Hier is mijn mond, waarvoor een menigte verbleekte van begeerte. Hier zijn mijn haren, dezelfde die de Grote Psappha heeft bezongen. Alleen voor jou zal ik verzamelen wat mij nog rest van mijn verloren jeugd. De aandenkens zal ik erbij verbranden. Jij krijgt van mij de fluit van Lykas en de gordel van Mnasidika. Vorige Volgende