Zangen van Bilitis(1969)–Pierre Louÿs– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 135] [p. 135] Aan de houten God O hoogvereerde Priapus, houten god, die ik in liet metselen in de marmeren wanden van mijn badvertrek, behoeder van de gaarden en de roeden, het is niet zonder reden dat je hier over de courtisanes waakt. Nee God, wij hebben niet jouw beeld gekocht om het onze maagdelijkheid te offeren. Geen mens kan geven wat hij niet meer heeft en de ijverigste dienaressen van Pallas Athene zwerven in Amathonte niet over straat. Nee. Maar vroeger hoedde jij de haartooi van de bomen, de welbegoten bloemen en de sappig-zware vruchten. Daarom hebben wij gezamenlijk jou uitverkoren. Behoed nu onze blonde haren, de geopende papavers onzer lippen en de bosviooltjes onzer ogen. Behoed de stevige vruchten onzer borsten en geef ons minnaars die op jou gelijken. Vorige Volgende