Zangen van Bilitis(1969)–Pierre Louÿs– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 129] [p. 129] De herberg Herbergier, wij zijn gevieren. Geef ons maar één kamer met twee bedden. Het is nu te laat om nog terug te keren naar de stad, de weg is door de regen onbegaanbaar. Breng ons een mand vol vijgen, kaas en donkre wijn; maar trek mij wel eerst mijn sandalen uit en was mijn voeten, want de modder kriebelt me. Laat ook naar onze kamer twee bekkens water brengen, een volle lamp, een wijnmengschaal en bekers. En schudt het dekbed op en klop de kussens uit. Maar laat het bedden zijn van stevig esdoornhout, van planken die van zwijgen weten! Morgen hoeft u ons niet te wekken. Vorige Volgende