Gedichten(1932)–Jac. van Looy– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 103] [p. 103] Bij een denkbeeldige roos voor de liederen-zangeres Mevrouw A.L.... Volle en roode Roze, o roos Schuchter geboden, Argeloos. Zoo bloeit de vrouwenmond, bestemd voor zang, En wordt een wel van melodie en klang, Een welige weelde uit het diepe hart Van liefde en leute en overwonnen smart. Zoo bloeit de moederboezem, rijp en rein, En biedt de melk van haren purpren wijn, Die van den monde tot den mond zich stort, Opdat het kind een bloeiend schepsel word'... Eens komt de dag dat in de gaarde staan Geen bloemen meer met volle, blosse blaân; Maar wat de ziel ontrees aan lief gerucht, Blijft onverwelkt in durend nagenucht. Volle en roode Roze, o roos Schuchter geboden, Argeloos. Vorige Volgende