Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put
(1957)–Mechteldis van Lom, Barbara de Put– Auteursrechtelijk beschermdGa naar margenoot+ Aue MariaDit is gewest de de 4 Moeder Ancilla Sr helena Maria vanden hoŭen Anno 1657 hebben de eerwerdighe Paters van Wesfŭalen hier versocgt door begerten vande sŭsters tot Coesŭelt in het Clooster van Sint Anna vanden derden Regel van onsen h Vader franciscus welcke Religieŭsen haeren seer eerwerdighen Pater ConfessŭerGa naar voetnoot4 hier hebben ghesonden om eenighe van ons sŭsterkens te haelen, die daer soŭden comen om haer Clooster te reformeeren ende in de Plaats vanden 3 Regel S francisci te planten de h oorden der Annŭntiatie gefŭndeert op de 10 eŭangelische dŭchdenGa naar voetnoot5 vande Gebenedide Maghet ende Moeder Godts Maria onse seer eerwerdighe Moeder Ancilla Sr Helena Maria vanden Hoof had grooten Iŭer en deŭotie om ons h. oorden te Planten en te verbreiden oock in die proŭincie van Wesfŭalen want ons Salighe Sr Agnes Maria van Amstenraet had haer veropenbaert dat sij hier geen Moeder Ancilla en | |
[pagina 123]
| |
soude blijŭen maer dat godt een wonder werck met haer voor had oock heeft ons eerste eerwerdighe Moeder Ancilla Sr Sara Herling wel geseidt aende oŭde sŭsterkens want hier wt dit clooster Iemant most gesonden worden om een ander conŭent te fŭndeeren datse Sr Helena Maria daer toe seer beqŭaem vondt want sij was seer Iŭerich tot alles wat den H. Regel ende statŭtten ons beŭelen sij had eenen grooten geest van deŭoti soe datter eens eenen Pater vande Capŭcinen haer aende trali sach die seijde die sŭster heeft den oprechten geest van Deŭoti dit was waer want hoe sij meer in dorricheit en verlaten was hoe sij langher int gebet volherde was oock seer verdŭldich en lijdsaem daerom seijde de Salighe Sr. Agnes tegen een Sŭster Moeder Helena Maria sal noch heijlich sterŭen soe hebben de oŭersten haer eerwerdighe hier toegestelt om met de Benedictie godts en van de Sŭŭere Maget Maria door de H gehorsamheijdt daer te gaen om Moeder Ancilla te sijn en Sr Margareta Stephani Vicaris Sr Anna Marie hugen MeestersGa naar voetnoot1 ende Sr Anna Catharina Kemners schijfsŭster sŭster Helena Maria was hier Moeder Ancilla een Iaer geweest en noch int offijcie doense van hier vertrock soe heeft men hier een ander Moeder Ancilla
Ga naar margenoot+ moeten kiesen twelck gheschiet is den 11 Iŭnij 1657 wanneer een drachtelijck ghecosen is tot Moeder Ancila ons Beminde Sŭster emilia Mŭdders die doen Meestersse was vande Noŭitien en Iongegeprofesside Religieŭsen Den 19 dach der selŭer maent Iŭnij Anno 1657 is de seer eerwerdighe Moeder Ancila Sr Helena Maria vanden Hoof en de eerw. Vicaris Sr Margareta Stephani naer koesŭeldt gereist ende den 9 Iŭliŭs ontrint 3 wecken daer naer is Sr Anna Catharina kemners die daer schijfsŭster soŭde sijn en Sr Anna Maria hŭgen die daer Mesters gemacht was oock samen naer koesŭeldt gereist dese 2 sŭsters waeren van Mŭnster geboren en daerom hadden de eerwerdighe paters en oock de Religieŭsen tot koesŭeldt ger van haere Natie daer gehadt maer twaer hŭer profijtigher gewest naer der Zielen datse noch wat hier hadden | |
[pagina 124]
| |
mogen blijŭen dan godt liet dat toe om de Croon vande eerw. Moeder beter te vercieren sij hebbenGa naar voetnoot1 met haer 4 daer geplant de h oorden van de gebenedide Maghet Maria tot Lof en glorie vande H Drijŭuldicheijdt en ons Salighe Moeder Ioanna en den Salighe Vader Pater Gabriel MariaGa naar voetnoot2 en tot salicheijdt van haere zielen soe ons noch hondert Ricxdalder qŭam vande doteGa naar voetnoot3 van Sr Anna Catharina kemners wiens oŭders tot Mŭnster woonden en oock qŭam ons noch van ons L. Sr Anna Agnes heerde soe veel dat het samen mackten 1124 gulden 11 stuver venlos welcke somme geldt ofte schŭldt onse eerw. moeder Ancilla met de eerw. Vicaris en de discreten gegeŭen hebben aende eerw. Moeder Ancilla van koesŭeldt en die boŭengenoemde sŭsters die met gegaen sijn om ons h. oorden daer te bringhen en soe en heeft ons Clooster van Venlo nŭ niet meer tepretenderenGa naar voetnoot4 van geen susters van Mŭnster want wijt gegeŭen hebben aent conŭent van koesŭeldt tot een met gaŭe voor ons susterkens de reijs naer koesŭelt heeft gecost 200 gŭl. twelck aen terrgeltGa naar voetnoot5 en vaer gelt
Ga naar margenoot+ en soo vordts wij hadden ons sŭsterkens wel eerlijck en degelijck wtgesetGa naar voetnoot6 datse in alles genocht voorsien waren als onse seer eerwerdighe Moeder Ancilla in ons H oorden tot Lof van Iesus en Maria daer geplant hadt en dat Clooster wel gereformeert en den tijt van 3 Iaeren en 5 wecken daer gewest had hebben de Paters vande Westŭaelse Proŭinciese wederom hier gebracht sij sijn den 30 Iŭliŭs 1660 hier int slot ghecomen de E Moeder Ancilla met de eerw. Vicaris en de 2 Andere susters te weten Sr Anna Catharina kemners en Sŭst | |
[pagina 125]
| |
Anna Maria hŭgen sijn daer ghebleuen om datse van Mŭnster waren onse eerweerdighe Moeder Sr Helena Maria heeft haer naer dit weder sinden hier seer ootmodich gedraghen was altijt het eerst daer de clock vande H Gehoorsaemheijdt ons riep soe wel des snachs naer de Mitten als inden dach sij leerden ons nŭ met schoon exempelen tgeene se te vooren Ieder socht in te Planten met Crachtige vermaninghe heeft hier int Iaer 1641 Meesters gewest vande Noŭitien 8 Iaer twelck se met groten Iŭer heeft ghedaen en daernar oock 5 Iaren schyfsuster van welck offijcie sij tot Moeder Ancilla gecosen werdt tgene sij een Iaer gedaen heeft tot datse nar Koesvelt is gegaen en van daer wedergecomen sijnde is noch eens Meesters vande Noŭitien gecosen twelck sij met groot Liefden en vrindelijckheijt gedaen heeft tot contentementGa naar voetnoot1 vande Ionghe sŭsterkens 3 Iaer was als een seraphijnse Maghet inden goddelijcken dinst en vtneenende deŭoot stil en Lijdtsaem seer wel geresingneert inden wille godts was besich met deŭoote gebeden tot den Lesten snack als den asem vt ginck hiel de gebenedide tong niet op van Godt te Loauen om inden Hemel met alle de H H eeŭwich Sanctus te moghen singhen sij is oŭer leden Anno 1667 den 19 Iŭniŭs heeft inde H oorden gheleft den tijt van 48 Iaer oŭdt sijnde 63 Iaeren wiens lieŭe ziele moet Rusten inden eeŭwigen Vreden als dese Religieŭs het H habijt aennaem heeft Sr Agnes Maria om de plaets gebeden sijnde maer 7 Iaer oŭdt doen sach de Salighe Sr Amstenrat al de Sŭsters als engelenGa naar voetnoot2 Onse seer Eerwerdighe 5 Moeder Ancilla is gewest Sŭster Emilia Mŭdder die onse lieŭe heer inde H oorden vande Gebenedide Moeder Godts Maria seer getroŭwelijck gedient heeft 70 Iaeren oudt 91 heeft verscheijden offijcien seer Loffelijck bedient dat van Moeder Vicarisse ende daer naer oock van Meestersse Ieder 10 Iaeren was eenen spieghel vant gemein leŭen | |
[pagina 126]
| |
ende Naŭwe onderhoŭdinghe van alle Cloosterlijcke ordinantien sijnde seer Iŭerich tot den Goddelijcken Dienst naŭ op de H. Gehoorsameheijdt Armoede ootmodicheijdt Nersticheijt seer Meewerdich oprecht en groot inde Liefde alles int goet keerende om te vermeerderen de sŭsterlijcke Vreden was seer Deŭoot tot de Passi Christi en de H 5 wonden ons Salichmackers Meestersse sijnde was besonder Iŭerich om het selŭe oock te planten in de Ionghe Religieŭsen ende in haer te leggen een goet fŭndament van alle perfectien en Dŭchden besonder inde Iŭer tot de Coorsanck en H Meditatien getrouwicheijdt inde Wercken Gehoorsamheijdt ootmodicheijdt en groote Lijefden Waer in sij met schoone Exempelen voor ginck heeft oock het offijcie van Moeder Ancilla seer Loffelijck bedient 9 Iaer waer toe sij met alle de stemmen vande gansche H Gemeinten eendrachtelijck gecosen is gecomen sijnde int 50ste Iaer is ontslagen geworden vanden swaren Last van Moeder Ancilla 10 maenden voor de dach van haeren vollen IŭbileeGa naar voetnoot1 twelck sij met een ootmoedeghe danckbaerheijdt heeft aengenomen sij was in haer regeringhe sonderling Meewerdich Bermhertich Mildt Vrindelijck en Patientich en Iŭerich om staende te houden alle Cloosterlijcke Manieren en Loffelijcke ordinantien naer dat eerw. nŭ ontslagen was van alle moijelickheijdt en lasten heeft haer seer Minnelijck en soet gedragen aen een Ieder liefgetaelGa naar voetnoot2 en troostelijck ons dienende ten lesten toe voor een leŭende Exempel van alle Dŭchden besonders vtsteckende inde leste Iaeren haers leŭens int H Gebet en Deŭoote
Ga naar margenoot+ Meditatien ent H Roosencransken ter eeren de Aider sŭŭerste Maget Maria of ter eeren de 7 wee vande bedrŭckte Moeder Godts MariaGa naar voetnoot3 een Croon was voorder besich met deŭoote Inwendighe gebeden tot welŭaert van haer mede sŭsters en vant Clooster of van eenighe besondere Noot dit gebet was altijt verenicht met minnelijcke sŭchten naer het hemels | |
[pagina 127]
| |
Vaderlant altijt met de handen te samen want om dat het gesicht haer seer vergaen was door den hoogen oŭderdom van 91 Iaren cost nŭ niet meer eenich handtwerck doen soe bracht sij al den tijt oŭer int gebet ter wijlen de H Vergaderinghe samen opt werckhŭis was somtijts soe lang knielende dat het te verwonderen was dat men inde oŭde daghen noch sŭlcke Crachten heeft twelck al geschiet is door de cracht en grati van Godt Almchtich en eenen stercken Geest tot groote verwonderinghen van alle Religieŭsen die het selŭen aensagen en namen dat voor een schoon exempel om naer te volgen en Iesŭs met Maria daer door glorie te geŭen dat naer te volghen nŭ tot het leste eijndeken haer Leŭens gecomen sijnde heeft op den Dach vande H Maget BarbaraGa naar voetnoot1 voor het Lest op den Coor met de H Gemeinten gecomuniceert daernar oŭervallen met een groote extreemiteijtGa naar voetnoot2 en benautheijdt op de borst is naer vijf Daghen met een vtneemende Patientie ende Resingnatie en groot verlanghen naer Iesŭs haeren Lieŭen Brŭidegom soetelijck inden Heer gerŭst waer toe sij met een verlangende Liefden haer nŭ oŭer de eenentwintich Iaeren had bereidt gemackt want soe langhe is haer eerwerde ontslagen gewest van alle verstroeitheijdt en moijelicke offijcien heeft als een seer wijse voorsichtighe Maghet geschoŭdtGa naar voetnoot3 alle vergefse woorden en onnodige conŭersatie om de Rust des hertenGa naar voetnoot4 en den Vreden der zielen te bewaren en om haer selŭen te beter bereijdt te macken tot de Reijse naer de eeŭwicheijdt die Ieder alleen sal moeten Passeeren sij is int Capittelhŭis begraŭen int Graaf van ons eerw. tweede Moeder Ancilla Sr Gertrŭijt van Berghen die haer Meesters geweest was waerom sij altijt gewinst had bij haer in den graf te rŭsten dese ziel en alle gelouige zielen moeten rŭsten In Vrede |
|