Uyt-spanningen, behelsende eenige stigtelyke liederen
(1676)–Jodocus van Lodenstein– Auteursrechtvrij
[pagina 285]
| |
Te singen als, So droeg Cleopatra. Siet boven p. 50.I.
DIts 't boeck van Margariet
Een schone suyv're Niet.
Die vast haar wil verspilt
In wat den Hemel wilt.
Die sig haar lust ontseydt
Om d' Algenoegsaamheyd.
En dus is in dit leven
In Lusten, en in Wil by-na een Niet gebleven.
II.
Gods Wijsheyd d'overhand
Had over haar verstand.
Door Scheppers hoog gebied
Maackt al haar Hoogt te niet.
By 's Hemels overvloed
Is haar Schat arremoed.
Dus is sy in dit leven
In Wijsheyd, Hoogt, en Schat een enckel Niet gebleven.
III.
Als sy den Here siet
Is al haar Schoonheyd niet.
Singt sy Sijn Eer en Loff
Sy schijnt sig enckel stoff.
By 's Hemels deugden sijn
Haar deugden maar een schijn.
Dus is sy in dit leven
In Schoonheyd, Eer, en Deugd, een enkel Niet gebleven.
| |
[pagina 286]
| |
Een stofjen is nog yet
By 't Heerlijckst dat men siet.
Maar by 't Ligt is Margriet,
En wy all Enckel Niet.
't Is waar s' is Deugden-rijck
En daar door God-gelijck;
En soude dan niet Yet sijn?
Is sy dan nogtans Niet so moet s'een schone Niet Sijn.
Loumaand 1674. |
|