Uyt-spanningen, behelsende eenige stigtelyke liederen
(1676)–Jodocus van Lodenstein– Auteursrechtvrij
[pagina 239]
| |
Te singen als, Menschen onvroedig, &c.I.
VLugtige jaren!
Die daar henen glijden
Als een wevers spoel;
Wat wedervaren
doet gy ons al lijden
In des werelds woel?
Soo wy niet mickten na des Hemels doel.
Voorspoeden sijn dog
Niet dan ydelheden:
En tegenspoeden
Waren haast geleden:
Oh! dat eeuwig Al!
Oh! dat eeuwig Al!
Is het Een dat ick be-oogen sal.
| |
[pagina 240]
| |
Al de vermaken
Die de wereld aanbood
Wt haar vuylen poel,
Moet ick nu laacken,
Ga naar margenoot+Die der sielen aanstoot
Levendig gevoel:
Nu ick met hert stel na des Hemels doel.
Ga naar margenoot+Onsinnig mensch! hoort!
Wat u schijnt een luyster,
Siet een na boven,
Alles wert u duyster.
Oh! dat eeuwig' Al!
Oh! dat eeuwig' Al!
Is het Een dat ick be-oogen sal.
III.
Ga naar margenoot+Ah trouwen Heyland!
Die noyt cont versmaden
Ga naar margenoot+Die sig 'tuwaarts voegt;
Ga naar margenoot+Voert my op t' Wey-land
Van uw vette genaden,
Ga naar margenoot+Daar mijn siel na swoegt:
Ga naar margenoot+So is mijn siel in u eeuwig vergenoegt.
Al 's werelds lust gaat
Ga naar margenoot+Met de tijd verdwijnen.
Ga naar margenoot+Ey! 's hemels vier laat
Ga naar margenoot+In de plaats verschijnen!
Ga naar margenoot+Oh! dat eeuwig al!
Oh! dat eeuwig al!
Is het Een dat ick be-oogen sal.
IV.
In dees mijn dagen,
Ga naar margenoot+Waarlijck levens nagten,
Als den tijt ontgaat:
Ga naar margenoot+Laat u behagen
Alle mijn gedagten,
| |
[pagina 241]
| |
Woorden, wil, en daad; Ga naar margenoot+
En in my groejen het woort dat levend saad,
Op dat ick nog in
Dees onvrugtbre dage'
U sy ten dienst, en Ga naar margenoot+
Heyl'ge vrugten drage.
Oh! dat eeuwig al!
Oh! dat eeuwig al
Is het Een dat ick be-oogen sal.
V.
Oneyndig heylig! Ga naar margenoot+
Onbegrepen heerlijck!
On-toe-ganckelijck ligt! Ga naar margenoot+
Tot U men veylig Ga naar margenoot+
Gaat, want al 't begeerlijck
Is in uw gesigt.Ga naar margenoot+
Was maar ons hert na u evenbeeld gestigt!
Oh! dat de heyligheyd Ga naar margenoot+
Ciersel van uw throone, Ga naar margenoot+
In dees mijn vreemdelingschap
Sy mijn hooft ten croone! Ga naar margenoot+
Tot het eeuwig' Al Ga naar margenoot+
Tot het eeuwig' Al Ga naar margenoot+
My om Iesus wil volmaken sal. Ga naar margenoot+
|
|