Dat 5. Capittel.
Vande jaerlijcksche oncosten van het Coninghrijck van Portugael.
Ga naar margenoot+ De soudye ofte het sallaris vande Menistren, ofte Rechters van de justitie op 't vaste landt, zijn jaerlijcx 100 V duysent Ducaten.
Van de Tencas, dat zijn giften ofte previlegien, als leenen, die de Coningh tot een vereeringe vergunt, aen sekere persoonen als lijfrenten, diemen ontfanght soo langhe alsmen leeft, ende sterven dan weder aenden Coningh, dese zijn jaerlijcx 300 V duysent Ducaten.
Ga naar margenoot+ De Iuras die vercocht zijn, dat zijn eeuwighe renten, welcke men coopt op des Conincx Domeynen, Tollen, ende Rechten, jaerlijcks t'ontfanghen, sonder te moghen lossen ofte af legghen, ende sterven op d'erfghenamen van Aver tot AverGa naar voetnoot1) , zijn des jaers 150 V duysent Ducaten.
Ga naar margenoot+ Tot onderhout vande fortressen ende sterckten van Africa ofte Barberien, jaerlijcx 300 V duysent Ducaten.
Tot onderhout van vijf Galeyen, jaerlijcx 50 V duysent Ducaten.
Tot die jaerlijcksche Armade, die de vlooten ende Schepen van Indien convoyeren, ende weder in halen 300 V duysent Ducaten.
De Moradien, dat is ghelijck sallaris ofte tractement, die de Coningh gheeft (tot onderhout van zijn Dienaers, genaemt MocosGa naar margenoot+ da Camara Cavalheiros Fidalgos, ende ander duysent tytelen,) tot een vereeringhe, aen persoonen die hy eenige vrientschappe wil bewysen, ofte vergeldinghe van eenighen dienst, ofte door gunste van haer ouders ofte Heeren, met welcke tytelen ende previlegien worden ghenaemt, Dienaers van sConinghs huys, 'twelcke een groote eere is, welcker persoonen een sekere, doch cleyne somme, van dese Moradie des jaers gheassigneert is, tot hulpe vande Gerst ofte Haver van henlieden Peerden, al ist datse altemet qualijc hare schoenen connen vergelden, en haer leven geen Peerden en beryden: maer is alleenlijcken een teycken van des Coninghs gunste ende vrientschappe, daer de Portugesen meer moets ende roems op hebben, als op alle de weldaden vande