Itinerario, voyage ofte schipvaert naer Oost ofte Portugaels Indien 1579-1592. Eerste stuk
(1955)–Jan Huyghen van Linschoten– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 56]
| |
Dat 12.Ga naar voetnoot1) capittel.Ga naar margenoot+
| |
[pagina 57]
| |
Ga naar margenoot+Cochin, d'ander Cananor, de derde ChaleGa naar voetnoot1), die vierde Coulon, &c., ende soo voorts met alle d'ander plecken, makende van elcke plaets een coninghrijck. Calecut heeft hy ghegheven eenen zijn liefsten ende uyterstenGa naar voetnoot2) dienaer, ende hem ghegheven den tytelGa naar margenoot+ van samorijn, dat is soo veel als keyser ende hooft van alle d'ander, ende datse hem alle souden kennen ende obedieren als vassallen, waer van tot hedensdaeghs die van Calecut den naem van Samorijn hebben behouden, ende 'tghebiet ende heerschappie over die ander coninghen van gheheel Malabar hebben, op die manier verhaeltGa naar voetnoot3). Den selfden coningh is gereyst naer Mecca, ende heeft daer zijn leven voleyndt, ende den samorijn ende d'ander coninghen zijn ghebleven, een jeghelick in zijn landt ende heerschappie, ende nieuwe coningrijcken, wiens afcomsten noch heden op die selfde Ga naar margenoot+manier regieren, ende 'tlandt be ‖ sitten met die selfde gedeelten; alleenelick is verandert ende ghedeclineert den samorijn, ende verheven den coningh van Cochin, naer de Portugesche comst in Indien, als boven gheseyt is. Dese Malabaren zijn seer goede soldaten; gaen gantsch naeckt,Ga naar margenoot+ alleenelick de schamelheyt bedeckt, so mannen als vrouwen, Ga naar margenoot+ende zijn die principaelste vyanden vande Portugesen, die't meeste quaet doenGa naar voetnoot4), hoe wel zyGa naar voetnoot5) ghemeenlick peys met den samorijn hebben, ende so veel fortressen op die custe, als ghehoort is; niet teghenstaende hebben tusschen beydeGa naar voetnoot6) haerGa naar margenoot+ sluyphavens, als Chale, Calecut, Cunhale, PananeGa naar voetnoot7) ende andere, waer uyt zy dagelicks loopen met fustenGa naar voetnoot8) ter zeewaert in, ende doen groot quaet, ende maken menighen bedorven coopman. Ende oock den samorijn breeckt telcken (alst hem in't hooft comt) de peys, ende dit door raet vande Machometisten, die in als die Portugaloysers ende Christenen afgunstigh zijn | |
[pagina 58]
| |
ende soecken te beschadighen. Ende om dese Malabaren wille Ga naar margenoot+moet jaerlicks die armada uyt Goa loopen inde somer lancks de custe, om den reysenden coopman te bevryen van dese Malabaren, want die meeste handel van Indien is in fusten te traffickeren van d'een plaets op d'ander, welcke is haer daghelicksche neeringhe ende hanteringhe, ghelijck wy breeder sullen verhalen, ende noch wordender daghelijcks ghenoech berooft ende ghevangen; nemen al watse connen krygen. Ga naar margenoot+Het landt is doorgaende seer vruchtbaer, groen ende playsantich t'aenschouwen, maer heeft een onghesonde lucht voor die vreemde man. Ende alleenelick in dese custe ende zee-cant wordt die peper gevonden, hoe wel dat by Malacca op sommighe plaetsen ooc peper wast, maer en is so veel niet. Van hier wertse vervoert ende verspreyt door de gheheel werelt. |
|