Mengelpoezy. Deel 1(1731)–Katharina Lescaille– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 75] [p. 75] Op S. Schynvoets spreuken. Wie uwe Zedelessen leest, Met eeuwigduurende inkt geschreeven, Ziet, met verwond'ring, in uw Geest Den wyzen Salomon herleeven. Indien dat hy geluid kon slaan, En door zyn grafzerk heene booren, Gy zoud hem zien verwonderd staan, En uit zyn gulden mond doen hooren: O Schynvoet! uwe Spreuken zyn Dat goude fruit in zilv're schaalen, Veel schooner dan de zonneschyn; Waar uit een hemelvuur komt straalen. Elk zal, zo lang men hoort en leest, Die pryzen, met uw ryken Geest. Vorige Volgende