Alle de brieven. Deel 4: 1683-1684
(1952)–Anthoni van Leeuwenhoek– Auteursrecht onbekendGepubliceerd in:Geen publicatie bekend. | |
Korte inhoud:Verzoek om het oordeel van Heinsius te vernemen over de op 22 Juli 1683 gezonden observaties, beschreven in een copie van den brief van 16 Juli 1683, gericht aan den secretaris der Royal Society te Londen. | |
Letter No. 74.
| |
Published in:No publication is known. | |
Summary:Heinsius' opinion is requested concerning the observations forwarded on 22 July 1683, and described in the letter of 16 July 1683, addressed to the secretary of the Royal Society. | |
Dese 2e 7mbr 83. in Delft.
Sijn Exe
Jk wil niet twijfelen of sijn Exe sal de mijne vanden 22e Julij, met de copieGa naar voetnoot1) van mijne observatien en stellingen (die ik aen de Co: Soc: heb gesonden) wel ontfangen hebben, en alsoo ik geen schrijvens uijt Engelant en bekome hoe dat mijne observatien en gedagten, aldaar werden op genomen; en sedert eenige jaren niet gerust en ben geweest, of sijn Exe oordeel heeft moeten gaan over mijne observatien en consideratien, soo heb ik te meer verlangt, omme te verstaan hoe deselve Sijn Exe bevallen. Sedert het afgaan van mijne verhaalde observatien, heb ik weder twee saaken ontdekt, waar van ik niet en twijffel, of de werelt sal met verwondering toe hooren, als ik deselve bekent kome te make waar mede ik gereet ben, en verwagt alleen maar schrijvens uijt Engelant. Jk sal onder des blijven
Sijn Exe
Seer onderdanigen Dienaar
Antonj Leeuwenhoeck.
Omme Sijn Exe Mr Antonj Heinsius. Parijs. Leeuwenhouck Delft 2 Sept. 1683 R. 19 dito]Ga naar voetnoot3) | |
Delft, September 2nd 1683.
Excellency,
I have no doubt but Your Excellency will have received my letter of 22 July and the accompanying copyGa naar voetnoot1) of my observations and statements (sent to the Royal Society). As I have not heard from England how my observations and opinions have been received, and as for the last few years my mind has not been easy as regards my speculations and observations, I am the more anxious to know how you like them. Since I sent my last observations I have made two new discoveries which, I have no doubt, the world will hear with astonishment as soon as I shall publish them, which I am ready to do, waiting only for letters from England. Meanwhile I remain
Your Excellency's
Very humble servant
Antoni Leeuwenhoeck.
For his Excellency Antoni Heinsius LL.D. Paris. Leeuwenhouck Delft 2 Sept. 1683 R.Ga naar voetnoot3) 19 ditto]Ga naar voetnoot4) |
|