De gedichten. Deel 1(na 1760)–Pieter Langendijk– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 320] [p. 320] Thalia, Ter verjaaring van den heere Gilbert de Flines. Geluk heer Gilbert die den handel staaft aan 't Y, Ten luister van de beurs, zo ver 's lands kielen vaaren! Dit 's weêr een schakel aan den keten uwer jaaren. Wy vieren deezen dag uw heuchlyk Jaargety. Gy schonkt Parnassus vroeg uw letterlekkerny. Apol schenkt u een tak van Dasnes groene blaâren. Merkuur zet u zyn hoed met vleugels op de hairen, Zo paart uw kooplust zich met de eed'le poëzy. De maagd des Schouwburgs, myn getrouwe konstbehoedster; Bedankt uw schrand'ren geest, voor uw Ontrouwe voedster, In wien gy 't quaad bestraft, en kroont de zuiv're min. Lang bloeije uw handel daar ge aan d'Amstel zyt gezeten! Bloeij in den eed'len rei van myn tooneelpoeëten! Op dees twee vleugels zweeft uw naam ter sterren in! Vorige Volgende