De bovenkamer versjpiekere
Een verdere manier om aan nieuwe woorden te komen is het (her)gebruik van bestaande woorden voor nieuwe zaken. Het Nederlands blinkt daar niet in uit, althans als je dat vergelijkt met het Duits. Nederlanders nemen veel liever een Engels woord over.
Zo was het (theoretisch dan) mogelijk geweest het woord spijker te gaan gebruiken voor het geheugen van een computer. De Duitsers hebben dat gedaan: Speicher, ons woord sjpieker. Een sjpieker was vroeger de graanzolder. Afkomstig van het Latijnse spicarium, waar de spicae, de (koren)aren opgeslagen werden. Het Nederlands heeft dit woord nog in bijspijkeren. Dat heeft niets met een hamer te maken maar met kamer: de vooraadkamer of je eigen bovenkamer weer bijvullen. En waarom zouden we uit het Westvlaams niet het woord sjpiekere overnemen: sparen, potten. Het tegenovergestelde is versjpiekere: verkwisten.
Niemand kwam kennelijk op het idee dat het geheugen ook een soort bewaarkamer is. Ik noem het geheugen daarom dae kopsjpieker. Geen geweldige vondst, maar altijd beter dan televisie wiedkieke te gaan noemen.
Sjpieker wordt ook gebruikt voor een kamer hoog boven, zolderkamer, dae sjpieker daobaove. Dat kan ook een flatje zijn. Of een hok: de doevesjpieker. Hierbij is de functie van opslagplaats volledig verdwenen.