gij aan 't spoorstation doorloopende reisboekjes krijgen, bijv. van Napels over Rome, Florence, Venetie, München en den Rijn af tot Keulen, gangbaar voor een maand of langer, en tegen verminderde prijzen met 25 kilos bagage vrij per persoon.
.........................
Zie zoo, nu heb ik u genoeg van Italië verteld, nu weer eens naar dat kille, vochtige Nederland terug. Zoo als gij weet, heb ik verleden jaar mijn intrede in mijn vaderlandje gedaan met een oorlogsverklaring aan geheel 't omgekochte journalisme ‘de pers’ zoo als 't zich noemt, den mond open voor een hap en de hand voor een aalmoes, of erger nog! - De heeren van de club (altijd dezelfde personen, bekend onder verschillende letters van 't a.b.c.) waren, na al wat zij gedurende mijn afwezigheid tegen mij geïntrigeerd hadden, op zoo'n openlijke oorlogsverklaring niet voorbereid geweest, en hebben zich dan ook zóó gauche verdedigd, dat ik mijn vriend Publiek behouden heb, tot 't laatst toe, niettegenstaande al de leelijke en hatelijke artikelen die mijn naamlooze vijandjes in alle dagbladen deden plaatsen. En nu zijn ze bezig Betsy Perk uit le néant te voorschijn te halen, en, met behulp van kerk en pers op een piédestal te plaatsen om mij te écraseeren! Arme stumperts, konden zij hun eischen nòg lager stellen? - Maar 't is waar, dan zouden zij hun eigen sujet weer vreezen, 't is dus heel goed zóó! Vivent les gens d'esprit! ‘Zij geven hier weer een schitterend bewijs van zelfkennis’ (zou Multatuli zeggen.)
Toen ik in 't voorjaar Nederland verliet om naar Parijs te gaan, heb ik eerst overal verteld dat ik van plan was 't volgende jaar naar Indië te gaan. Daaruit hebben de vijanden opgemaakt dat ik niet meer in Nederland terug zou komen, en zijn ze dapper aan 't werk gegaan om mij, door al wat ze maar vinden konden, te doen vergeten door 't Publiek. Natuurlijk heb ik ze stil laten begaan, en houd ik me koest tot November; maar zij zijn nog niet verlost van den booze! In November kom ik voor 't laatst terug, met een boekje, en een stukje en een tweede élève, naar ik hoop. Dàt zal weer wat geven, denk ik! Die, als uit den grond opkomende, élèves, welke zoo stilletjes gevormd worden, dat niemand er iets van merkt, terwijl tooneelverbond, tooneelschool en heeren afgedankte dominés (courantiers) schreeuwen, en schrijven, en geld inzamelen, en talenten en geniën beloven, zonder iets te leveren! - Mijn laatste oorlog zal wel de kwaadaardigste van allen wezen! tant mieux, dan blijft de klimax! Den volgenden zomer, tegen Juli of Augustus, dus als gij hier goed en wel gevestigd zijt, ga ik naar Indië met Jufvrouw Gerritsen, een hollandsche dame, met wie ik kennis maakte aan boord van de stoomboot, uit Amerika komende, en die zich met mij te Batavia wil vestigen. Komt gij dus later dan Augustus hier, dan riskeeren wij nog elkander mis te loopen,