Pampiere wereld(1681)–Jan Harmensz. Krul– Auteursrechtvrij Vorige Geboort vermanings sonnet. AY! Goddelijk geslacht, gy drie-mael dry Godinnen; Neygt uwe goede gunst tot dit mijn zoet bedrijf, Terwijl ik aen mijn Vrund, uyt goede vrundschap, schrijf. O mocht ik! als ik wensch, ik zoud wat vreemts beginnen. Nu dan, daer komt my yets dwerrelen door de zinnen; Ik hoor een zoet gejuyg, ik hoor een bly gelach, Uw Zalen zijn vol vreugd, ô Goôn op dezen dach. Zoo, zoo, dat is my lief, uyt vrundelijke minne, Schenkt, plengt, met milde gunst, het Sap van Hypocreen, Zijt vroylijk met malkaer; op dat ik voort mach treên, Ha! Goden, daer mijn hert en zinnen blijdschap wanen, Na's Hemels Zalen, op-gevult met alle vreugd; Laet blijdschap barsten uyt Bataefsche jonge Ieugd, Kom gaen wy dezes Helds geboorten-dag vermanen. Vorige