13 Een Surinaamse uitvinder
Schoenen dragen is tegenwoordig de gewoonste zaak van de wereld. Een schoen beschermt je voet en kan het lopen gemakkelijker maken. Vooral als je lange afstanden moet lopen, is een goede schoen erg prettig. Toch was er een tijd dat de meeste mensen op blote voeten liepen. In de tijd van slavernij bijvoorbeeld, mochten tot slaafgemaakten geen schoenen dragen. Dat was alleen voor de meesters. Maar zelfs daarna was schoenen dragen niet zo vanzelfsprekend. Schoenen werden met de hand gemaakt.
Dat was een tijdrovend karwei en schoenen waren daarom duur. Een Surinaamse uitvinder, Jan Ernst Matzeliger, heeft daar verandering in gebracht. Hij vond de schoenzwikmachine uit.
Jan Ernst werd geboren op 15 september 1852. Hij was de zoon van de blanke ingenieur Ernst Carl Martzilger en de tot slaafgemaakte negerin Aletta. Martzilger was eigenaar van de plantage Twijfelachtig, waar Aletta in de huishouding werkte. Omdat zijn moeder een tot slaafgemaakte was, werd Jan Ernst dat volgens de wetten van toen automatisch ook.
Kort na zijn geboorte verhuisde hij naar het huishouden van zijn tante, Maria Jacoba Martzilger. Zij was de zus van zijn vader. Jan Ernst was tien jaar oud toen er iets moois gebeurde. Zijn tante kocht hem vrij. Hij kreeg toen officieel de naam Jan Ernst Martzil.
‘Ik ben vrij’, zei hij enthousiast aan zijn tante.
Zijn tante antwoordde lachend: ‘Ja, dat klopt.’
‘Tante Maria, ik zou heel graag de school willen bezoeken.’
Tante Maria wist dat hij erg leergierig was. Ze dacht na over zijn verzoek.
Ze had gemerkt dat hij van machines hield. Ze zag hem soms met machines knutselen. Er was een scheepswerf in Paramaribo. Hij zou eventueel daar geschoold kunnen worden.
‘Jan’, riep tante Maria.
‘Ja tante’, antwoorde Jan Ernst beleefd.
‘Ik wil heel graag wat met je bespreken.’
Jan liep naar zijn tante. Ze gaf hem aan dat ze een plek had gevonden, waar hij lessen zou kunnen volgen op een vakgebied.
‘Wil jij in de leer gaan op de machinewerkplaats van de dienst der Koloniale Vaartuigen?’
‘Ja! Tante dat vind ik heel interessant’, riep hij.