10 Ramnath wordt onderwijzer
Op 18 januari 1938, toen Ramnath Sewdien geboren werd, waren de meeste Hindostanen landbouwers. Zijn vader had een groot stuk grond aan de Helena Christinaweg. Ramnath was het vijfde kind van de acht in het gezin. Het was vanzelfsprekend dat alle kinderen de ouders hielpen om de kost te verdienen.
Zijn vader was houtskoolbrander. Hij werd ‘krofaya babu’ genoemd.
Houtskool maken was zwaar werk. De bomen werden omgekapt en in kleinere delen naar de krofaya-olo gebracht. Dat was de plek waar het hout werd verbrand. Zijn vader bracht het houtskool op een ezelkar naar Paramaribo om te verkopen.
Als de bomen gekapt waren, ontstonden er open plekken, waar groente verbouwd kon worden. Zo begon zijn vader ook groente te verkopen.
Het planten van groente gebeurde tussen de plant- en oogsttijd van rijst door. Rijst was erg belangrijk. De schoolvakanties in landbouwgebieden waren aangepast aan plant- en oogsttijden. In mei hielpen de kinderen hun ouders planten. De rijstplantjes werden met de duim in de grond gestoken.
Ramnath vertelt: ‘Vaak staken maka's je in je duim of werd je gebeten door vluchtende mieren. Afschuwelijk waren de jòks - de bloedzuigers - die aan je benen kleefden. Je moest altijd een lemmetje bij je hebben om op de jòks te druppelen. Alleen zo kon je ze loskrijgen.’
In september en oktober werd er geoogst. Dan was het rijsthalmen snijden, bossen binden van de halmen, stapelen, dorsen, waaien en zakken vullen.
De familie Sewdien had twee ossen, die hielpen met het omploegen van de grond voordat er geplant werd. De ossen werden ook gebruikt om te dorsen. Ze moesten rondjes lopen om een paal. Op de grond werden rijsthalmen gestrooid. Bij het vertrappen van de halmen kwamen de padiekorrels los.
Bij padie zit er nog een geelbruin vlies om de rijstkorrel. Dat noemt men het ‘kaf’. Na het dorsen werd de padie in een platte schaal steeds op ooghoogte van links naar rechts geschud om schoon te waaien. De schone padie werd naar de rijstpelmolen gebracht. De dag voor het pellen werd de padie op een stenen vloer gestrooid om in de zon te drogen.