Hij pakte een nieuw lemmetje uit zijn broekzak en begon te schillen. Toen zijn sap klaar was, nam hij een teug. De rest nam hij mee naar zijn werkbank.
Daar pakte hij de schroevendraaier weer op en ging door met zijn werk.
Zijn collega's hadden ademloos toegekeken. Het was weer niet gelukt.
Riek was kalm en bleef kalm. Eens moesten de stagiaires de werkplaats opruimen. Ze brachten de afvalmaterialen naar buiten. Daar stond een overvolle ton. Ernaast lagen resten papier, houtkrullen, lege verfpotten en nog meer rommel. Hoe het gebeurde weet niemand, maar plotseling stond de hoop in brand. De stagiaires renden in paniek de werkplaats uit. De rook verspreidde zich over de werkplaats en het erf. Ook de andere mensen in de werkplaats renden naar buiten. Net op tijd, want de houten deur van de werkloods had vlam gevat.
Alleen baas Riek was binnengebleven. Hij sloeg het ruitje kapot van de kast waarin de brandblusser bleef. Hij begon te spuiten. Het blusschuim doofde een deel van het vuur. Baas Riek gaf de brandblusser aan een collega.
Hij rende de keuken in en kwam even later terug met een blusdeken.
Die gooide hij over de rest van het vuur.
Het gevaar was bezworen. Terwijl er de hele dag over niets anders gesproken werd dan over de brand, die de hele buurt in de as had kunnen leggen, zat Baas Riek kalm deuren aan kastjes te bevestigen. Hij bleef zijn lijfspreuk trouw. Op een dag ging baas Riek met de mannen van het werk hengelen.
Aan het visgat zocht ieder een plaatsje, waar hij dacht het meest te kunnen vangen. Als het niet snel genoeg ging, verplaatsten de ongeduldigen zich van de ene plek naar de andere. Baas Riek bleef rustig op zijn plekje zitten.
Maar zijn hengelstokken gleden steeds in het water. Hij ging wat kraka's kappen om ze te ondersteunen. Toen hij terugkwam, was zijn godo leeg.
Hij haalde hem van het takje waaraan hij hing, pakte zijn houwer en ging het bos in. Daar was de grond vochtig en zou hij zeker nieuwe wormen vinden.
Na een half uurtje was hij terug. Hij reeg de pieren aan de haken van zijn hengels en gooide ze uit. Toen ging hij rustig op zijn visstoeltje zitten. Het was ook ditmaal 1-0 voor Riek. Tegen drie uur begonnen de mannen in te pakken. Hun korven waren aardig gevuld met vis.
De hengelstokken werden bij elkaar gebonden. De korven werden uit het water gehaald.