als politieke partijen hebben maar weinig kranten de ambitie om zich in te laten met onpopulaire waarheden.
Ik denk nu nog niet eens aan de dagbladen die dadelijk bereid zijn om door dik en dun vol te houden dat de aarde plat is wanneer voldoende lezers deze mening zijn toegedaan. Wat ik bedoel is dat ook de meer respectabele kranten in dat geval de neiging hebben om deze opvatting voor te stellen als een persoonlijke overtuiging die men eventueel niet hoeft te delen, maar toch dient te eerbiedigen.
Verdient iemand die in de letterlijke zin van het woord honend, d.w.z. tegen beter weten in, publiek bevestigt dat hij ‘betreurt dat Hirohito niet als oorlogsmisdadiger is geklasseerd’ en dat hij ‘een diepe minachting heeft voor zijn persoon,’ verdient zo iemand dan dat zijn ‘gevoelens’ worden beschermd? En als hij daarbij nog voorzitter is van een vereniging, en zijn aanhangers op wil trommelen om tegen deze milde bioloog te gaan demonstreren voor de Japanse ambassade, verdient hij dan ernstig te worden genomen?
Het is immers volkomen duidelijk dat zo iemand niet wil onderzoeken of wat hij zegt juist of onjuist is, omdat hij geen afstand wenst te doen van zijn haat, die zo'n makkelijke en bevredigende verklaring voor alles geeft. Zulke mensen hebben zo'n haat leren koesteren en zij worden razend als iemand het hun dreigt af te nemen.
De kwestie is niet dat verwijzingen naar de keizer van Japan, zelfs het noemen van zijn naam, en dus ook een aankondiging van zijn bezoek, bij een aantal mensen onaangename herinneringen oproepen - daar hoor ik zelf ook bij, als dat iemand geruststelt.
Waar het om gaat is dat de mensen hun agressieve uitingen, tegen iets dat onlustgevoelens bij hen oproept, niet leren bedwingen en analyseren, en vooral leren toetsen op juistheid.
Vooral de visie op de keizer van Japan is in dit opzicht bovendien een geladen onderwerp. Tijdens de oorlog is hij, vooral in Amerika, afgeschilderd als een monster, het equivalent van wat Hitler voor Duitsland was.
Wat was het gevolg?
In de latere fase van de oorlog, en vooral na de ineenstorting van Duitsland, was Japan bereid om te capituleren, maar op voorwaarde dat de keizer mocht aanblijven en ongemoeid zou