Het II. Deel vanden speel-hof der liefde Godts
(1666)–Zuster vanden Kerchove– Auteursrechtvrij
[pagina 37]
| |
Stemme: La Bertin.
| |
[pagina 38]
| |
In sijn Rijck, desghelijck hier noyt ghesien,
Hy komt u sijn jonste bien.
Comt soetste, comt mijn schoone, proeft van mijne most,
In dorrigheyt my diend' op uwen kost:
Wijn is u gheschoncken, van liefde wordt dronken,
Waer door blaeckt, 't hert gheraeckt, door mijnen schicht,
Op u strael ick mijn ghesicht.
Nu wort de trauw' ghesloten, vast door stercken bandt,
Gheven wy hier elckanderen nu de handt:
Niet meer te verbeyden, noyt meer af te scheyden;
'k Stel' met peys, in't Paleys, mijn Coninghin',
Vaert met my ten Hemel in.
Amen.
Eynde vanden eersten Wyngaert, ende alle syn Vruchten. |
|