Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Deel 3: De zeventiende eeuw (1)
(1889)–W.J.A. Jonckbloet– Auteursrecht onbekendW.J.A. Jonckbloet, Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Deel 3: de zeventiende eeuw (1). J.B. Wolters, Groningen 1889 (vierde druk)
-
-
gebruikt exemplaar
exemplaar Universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: 1102 G 39
algemene opmerkingen
Dit bestand is, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Deel 3: de zeventiende eeuw (1) van W.J.A. Jonckbloet, in de vierde druk uit 1889.
redactionele ingrepen
p. 5: Iuwydinge → Inwydinge
p. 49, nt 2 en gedichten op pag. 50, 52, 135 en 161: ,, → //
p. 223: litierarisch → litterarisch
p. 286: (1576,) → (1576)
De verbeteringen van de drukfouten op pag. VIII van Deel 4: de zeventiende eeuw (2) zijn verwerkt.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in de boekuitgave voorkomen, maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina (p. VIII) is niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina ongenummerd (p. I)]
GESCHIEDENIS DER NEDERLANDSCHE LETTERKUNDE.
[pagina ongenummerd (p. II)]
GESCHIEDENIS
der
NEDERLANDSCHE LETTERKUNDE
in de zeventiende eeuw
door
DR. W.J.A. JONCKBLOET.
eerste deel.
VIERDE DRUK, HERZIEN EN TOT DEN TEGENWOORDIGEN TIJD BIJGEWERKT
door C. HONIGH.
te groningen bij j.b. wolters, 1889.
[pagina ongenummerd (p. III)]
GESCHIEDENIS
der
NEDERLANDSCHE LETTERKUNDE
door
Dr. W.J.A. JONCKBLOET.
derde deel.
VIERDE DRUK, HERZIEN EN TOT DEN TEGENWOORDIGEN TIJD BIJGEWERKT
door C. HONIGH.
te groningen bij j.b. wolters, 1889.
[pagina ongenummerd (p. VI)]
INHOUD.
EERSTE BOEK.
Tijdperk van ontluiking.
Bladz. | ||
---|---|---|
I. | karakter der xviie eeuw | 1 |
II. | de amsterdamsche rederijkers | 18 |
III. | taalstudie en taalzuivering | 39 |
IV. | oude liedboeken | 47 |
V. | het dichterlijk leiden, p. scriverius, d. heinsius | 58 |
VI. | pieter cornelisz. hooft | 71 |
VII. | het romantische amsterdam, g.a. bredero, j.j. starter, s. coster, th. rodenburg | 79 |
VIII. | poëten-strijd | 121 |
IX. | coster's academie | 139 |
X. | coster en co. contra rodenburg | 150 |
XI. | einde van den strijd, de schouwburg | 182 |
XII. | melpomene in rome | 194 |
XIII. | het politiek-kerkelijk drama | 248 |
XIV. | rodenburg's tooneelwerk | 266 |
XV. | eglentier en academie | 276 |
XVI. | thalia in amsterdam | 279 |
XVII. | hooft en de muiderkring | 311 |
XVIII. | hoe de stukken werden vertoond | 360 |