Houten kappen in Nederland 1000-1940
(1989)–Herman Janse– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 321]
| |
9. KoepelsAls uitvloeisel van de klassieke koepel kwamen in de 19de eeuw nog houten koepeldaken tot stand, steeds hoogstandjes van constructietechniek. De eerste koepel in deze periode was die van de Ronde of Nieuwe Lutherse kerk te Amsterdam (afb. 642), die herbouwd werd na de brand van 1822, naar ontwerp van de Amsterdamse stadsarchitect Jan de Greef (1784-1835). Naar zijn tekeningen werd eerst een model in mahoniehout gemaakt op schaal 1:22 (1 duim op 2 Amsterdamse voeten), dat tijdens het bouwen van de ingewikkelde constructie veelvuldig werd geraadpleegd (afb. 643, 644)Ga naar eind23.. Zoals gebruikelijk is er een buiten- en een binnenkoepel. Daartussen zijn dertig halve dragende spanten gebouwd en dertig schenkelspanten, die dakbeschot en cassettenplafond dragen. De halve spanten bestaan uit een recht spantbeen, ondersteund door een kreupele stijl en bovenaan voorzien van korbelen of schoren, steunend tegen de houten ringconstructie, die de lantaarn op de koepel draagt. Teneinde de enorme zijdelingse krachten van de koepel op te nemen is ook een dubbele tamboer opgebouwd, waartussen een stijve houtconstructie is gemaakt (afb. 645, 646).
642. Amsterdam, Ronde Lutherse kerk, koepelconstructie, 1827.
| |
[pagina 322]
| |
643. Amsterdam, Ronde Lutherse kerk, maquette van koepel, 1823-1824.
644. Amsterdam, Ronde Lutherse kerk, maquette, tamboer en koepelvoet.
645. Amsterdam, Ronde Lutherse kerk. Tamboer tijdens restauratie, 1974.
646. Amsterdam, Ronde Lutherse kerk. Tamboer en binnenkoepel met cassetten tijdens restauratie, 1974.
| |
[pagina 323]
| |
647. Arnhem, Koepelkerk, 1837. Constructieschema van koepel.
Ter plaatse van de galerijen, die de helft van de cirkelvormige ruimte omgeven, worden de ruimten tussen de steunpunten boven de zuilen ter ondersteuning van de koepel overspannen door hangwerkachtige constructies. De koepel is gedekt met koperen platen, die de kerk haar kenmerkende uiterlijk geven. Bij zijn ontwerp van deze koepel heeft De Greef niet de uit 1668 daterende constructie gevolgd, die bekend is uit bewaard gebleven tekeningenGa naar eind24.. Hij heeft een eigentijdse constructie ontwikkeld. Een soortgelijke koepelconstructie heeft de Koepelkerk in Arnhem, gebouwd in 1837-'39 naar ontwerp van Anthony Aytink van Falkenstein (1797-1840). De buitenkoepel rust hier op de buitenmuren van de galerij, de binnenkoepel op de zuilen. Hierdoor is er gelegenheid om onder de schuinstaande spantbenen verticale stijlen te plaatsen op de zuilen, waardoor stijve driehoeken ontstonden, die de zijdelingse krachten grotendeels opnemen. Een schema van de constructie is weergegeven in afb. 647. Het lijkt erop, dat Aytink kennis heeft genomen van de constructie van de Amsterdamse koepel alvorens hij zijn dak concipieerde. De koepel is gedekt met leien. |