Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaar

[88] Goude

Overlevering

(Zie ook de pagina's 647-652)

H1	fol. 6^r
H2	fol. 15^r
H2-Ot
Ot	A3, p. 5
K1	Y2^v, p. 180
K2	[X4]^r, p. 167

Datering

H1 is gedateerd: 9.^a 7bris. 1624 (= 9 september 1624).

Varianten

1	H1	Mijn' Gouwe voert meer Gouds,		mijn	IJssel meer gewins
	H2	[	]	mijn'	[	]

2	H1	'Khebb'	meer van hun te		bat':		doe^a mijn' gebuerstadt branden
	H2	'Khebb	[			]	Doe mijn'^a gebuer-Stadt		branden,
	H2-Ot	[						]	brandden,
	K1	[		]	bat:		[			]

3		[marge]
	H1	Oudewater. a.^o 1575.
	H2	Oudewater A.^o 1575.
	Ot	Ouderwa- | water.* anno 1575.
	K1	Ouderwater. 1575
	K2	Oudewater.	[	]

4	H1	En baedden in haer		bloed	haer' moordenaren		handen
	H2	[	]	bloedt	[	]	handen,
	H2-Ot	[	]	bloed	[			]

5	H1	Ontswomm'	ick hun gewelf, en duijckten in		mijn Gouw
	H2	Ontswom	[	]	mijn' Gouw,
	H2-Ot	Ontswomm	[			]

6	H1	En kroôp		mijn		IJsseldiept'	ten hals toe inde mouw.
	H2	[	]	mijn'		[		]
	Ot	[			]	Yssel diept'	[	]

[p. 662]

7	H1	Spijt Spagnen		dan,	ick		stae: oock	sonder d'oude muren
	H2	[	]	dan	[	]	sta: Oock	[	]
	K1	[	]	dan,	[				]

8	H1a	<En>>Van 't		Kasteleijns		gebiedt:	wie sijt	ghij mijner		bueren
	b	[							]	buren
	H2	[	]	Kasteleins		gebiedt.	Wie zijt	[	]	Buren
	H2-Ot	[			]	gebied.	[				]

9	H1a	Die door den neus		spreeckt, en mij		'tgebreck verwijtt?
	b	[	]	noch [spreeckt,			]
	H2	[			]	't gebreck verwijtt?

10

H1a

Ick <n>>segg t'mijnen

roem,

Ick

ben

den

Brille

quijt.

b

[

]

'k

[

]

brill

en

Brillen

[

]

H2

[

]

'kben Brill

[

]

brillen

[

]

Ot

[

]

roem',

[

]

[ondertekening en datering]

H1

Constanter. | Hag. 9.^a 7bris 1624

H2

[ontbreekt]