Briefwisseling. Deel 1: 1608-1634
(1911)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend82. Aan zijne ouders. (K.A.)*Heden heb ik uwe brieven ontvangen; gelukkig, dat vader weer hersteld is. Ik heb geen tijd om veel te schrijven, maar zal, als wij in Venetië zijn, wat uitvoeriger zijn. Gedurende de geheele reis ben ik gezond geweest en heb zelfs nooit hoofdpijn gehad, waar ik in Holland zooveel aan lijd; ook het vele paardrijden van 's morgens vroeg tot 's avonds laat hindert mij niet. Wij komen langzaam vooruit tengevolge van de vele bezoeken in Duitschland en Zwitserland, en nu hier in dit paradijs van een land door de vele beleefdheden, die | |
[pagina 47]
| |
aant.men ons bewijst. De gezant dacht morgen in Venetië te komen, maar de magistraat hier wil ons niet zoo spoedig laten vertrekken, evenmin als die van Bergamo, Brescia, Verona, enz.; overal worden wij prachtig ontvangen en onthaald. Dat zal ook het geval zijn te Venetië. Groet alle familieleden, de geheele buurt, ‘vryers en vrysters’, en Mevr. van Aerssen. Vicenza, minuit, 11e Juin 1620. pour mon pereGa naar voetnoot1). Ik blijf steeds den titel van secretaris houden en leer goed Italiaansch. Vader moet eens spoedig aan den gezant schrijven op de wijze, die wij besproken hebben, want wij blijven niet lang te Venetië. ‘Seulement qu'il y eut moyen de m'y laisser par petite provision, comme Mons.r Carleton sçait qu'il y en a un pour le Roy d'Angleterre qui se nomme secretaire de l'ambassade, sede vacante. Ce dit ambassadeur y pourra donner les meilleurs advis, comment on pourroit baptizer le fait’. Zeker had PauGa naar voetnoot2) zoo iets op het oog, toen hij ons te Heidelberg verliet, om per post naar Venetië te reizen. |
|