Daar my, door zijn Ed. dikwils te Leyden te zien, zyne behandelinge, en, door de gedurige briefwisselinge, en het nazien van proeven, zyner weduwe, myne veel geachte vriendinne, en zynen byzonderen vrienden bekend was, wat ik tot die uitgave had trachten toetebrengen: bekroop my al vroeg do vreeze, dat men my tot de verdere uitgave zoude aanzoeken. En dit kwam my over, en met dien aandrang over, dat ik meende aan de zoo tedere vriendschap te kort te zullen doen, indien ik dat weigerde. Allergunstigst was ook het andwoord van de Heeren Mrs. C. van Lennep, Z.H. Alewijn H. Calkoen, en M. Röver, toen ik verzocht, om het gene zy den Heere van Lelyveld geleend hadden, te mogen tot mijn gebruik houden, om my aantemoedigen; daar het my ook gelegenheid gaf, om met tot nochtoe voor my onbekende handschriften gemeenzaam te worden. Dan ik zag wel haast, dat die taak, hoe zwaar ik die verwacht hadde, echter zwaarder zoude zyn, dan ik gemeend hadde. de menigvuldige bezigheden, in het voordzetten van den lakenhandel, ook door de sterke afmattingen ontsta-