Zegepraal der goddelyke liefde(1709)–Jan van Hoogstraten– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 196] [p. 196] Troost Aan Juffr. M. van Waarde, Over het Rampzalig Overlyden van haar Ed: Hoogbejaarde Moeder. Klinkdigt. God stelt den weg, waar langs wy scheiden uit dit leven, En buiten deze (met wat toezigt en beleyd Men zig bewaar' en hoede) is ons geen pad bereyt Als dit, op elks geboorte, het mensdom voorgeschreven. 'T noodlottig sterfuur zoo bepaalt elk dan gegeven, En onveranderlyk ons allen opgeleyd, Is 't ydel deze wet der hoogste Majesteyt Met zugten, en geschrey, te willen wederstreven. Schep moed! schep moeddan, en betoom uw droef geween Marie, zoo vol geest, als vol bekoorlykheen! Al wat verganklyk is, hoe hoog het schyn van Waerde, Valt op zyn tyd, wat rouw het wek, of wat verdriet, Uw Moeder weggerukt hoort uwe klagten niet. Haar Geest veragt om hoog, het laag der nietige Aarde. Vorige Volgende