De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 1
(1976)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdEerste deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 307]
| |
113 tot Naerden, Aen Dirck Jansz. Dam burgermr Feeck burgermr, Lambert ouwerock schepen, Jan Petersz. Weeskindt schepen, Phijt schepen, elck besonder.1 Heer burgermr oft Schepen,
2 De schout uwer stede heeft mij vertoont dat bij de collegien van 3 burgermren ende schepenen hem belet wordt te innen sijn contingent, 4 vande vechtboeten die hem ende den voors collegien elx voor de 5 juste helfte souden competeren. t Welck als directelijck strijdende 6 tegens UE eighen privilegien ende 't recht vanden Heere ick nietGa naar eind6 7 en sal connen passeren met tolerantie ten zij mij solide redenen terGa naar eind7 8 contrarie werden vertoont. Ende alsoo ick oversulx aende voors 9 collegien in 't generael ben genootsaeckt geweest te schrijven, soo 10 heb ick daer benevens bij desen in 't particulier UE, van wiens 11 discretie ende vreedsamer aerdt ick mij altijdt veel goeds verse- 12 kert heb, wel willen versoecken gelieve te considereren hoe luttelGa naar eind12 13 Ga naar margenoot+ dat het redelijcke ende civile lieden (ick laet staen politicqueGa naar eind13 14 ende magistraten) is voeghende, eenen officier wiens getrouh UE 15 bekent is, in stede van alle reden, te bejegenen met een: doet uwGa naar eind15 16 best ende wij willen u wel een vereeringe maer niet de helft 17 vande boeten geven; ende voorts handt aen te houden dat den schout 18 voors gewerde t geene zijnes recht is in desen, oft datmenGa naar eind18 19 mij redenen van difficultatie vertooghe: op dat alles met 20 ordre ende gevoeghlijckhejdt gaen moghe. Waer aen UE denGa naar eind20 21 ruste ende eere uwer stede mitsgaders mij doen sal vrundschap en- 22 de dienst in tijd ende wijlen behoorlijck t' erkennen: Sulx ickGa naar eind22 23 mij daer toe verlaete, UE Hiermede 24 Heer burgermr oft schepen Gode den almoghenden bevelende. 25 Vanden Hujse te Mujden den a 1617
26 UE gunstighe goede vrund 27 P C Hóóft. | |
[pagina 308]
| |
Hooft herhaalt de in 112 tot het college van burgemeesters en schepenen van Naarden officieel gerichte vermaning tegenover ieder der betrokkenen op overredende toon. |
|