Geeraerdt van Velsen. Baeto, of oorsprong der Hollanderen
(2005)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 193]
| |
Vijfde bedrijf
baeto, Burgerhart, Zegemond, Rei van Nonnen, Rei van Joffrouwen
baeto
O mannen kloek, in wie men vrijheids liefd' bespoort gewis,Ga naar voetnoot1359
1360[regelnummer]
meêbroeders van geluk, meêborgers van geboortenis,Ga naar voetnoot1360
ziet hier de grenzen 's lands, en de vermoeidheid van
den hoop belemmerd, die niet langer voort en kan.Ga naar voetnoot1362
't Is tijd dat zij, en al die hebben thans gestreden,Ga naar voetnoot1363
verversen, met een poos van rust, hun love leden.Ga naar voetnoot1364
1365[regelnummer]
God geev' dat vredig van hen over word' gebracht,Ga naar voetnoot1365
in 't vaderland, een kleen deel van de laatste nacht.
Wie na den strijd is bijgekomen, waak' in wapen,Ga naar voetnoot1367
en loon' voor 't vechten zo degeen' die zullen slapen.Ga naar voetnoot1368
De wereloze schaar zich in het midden vlij'.Ga naar voetnoot1369
burgerhart
1370[regelnummer]
't Bezetten van de wacht, mijn vorst, neem ik op mij.
Al wat gij goed vindt, daar zal niemand tegen momplen.Ga naar voetnoot1371
baeto
God hoede mijn gemeent' voor 's vijands overromplen.Ga naar voetnoot1372
rei van joffrouwen
God zij met onzen vorst en zegen' zijn bestaan.Ga naar voetnoot1373
| |
[pagina 194]
| |
rei van nonnen
De Hemel vorst en volk bewaar' voor alle kwaên.Ga naar voetnoot1374
baeto
1375[regelnummer]
Gij jongsken, die 't geluk onvrundlijk komt begroetenGa naar voetnoot1375
vroemorgens uwes tijds, zult harden leren moeten,Ga naar voetnoot1376
en rusten in mijn schild.Ga naar voetnoot1377
zegemond
God wou 't. 't Voorspook is goed.
rei van joffrouwen
Hij achterhaal', in deugd en onverwonnen moed,Ga naar voetnoot1378
den vromen Hercules, wiens kindsheid nieuwgeborenGa naar voetnoot1379
1380[regelnummer]
zich, in gelijke wieg, tot slapen liet bekoren,
wiens wakkre manheid zoveel aanslags na volbracht.Ga naar voetnoot1381
baeto
O moeilijk etmaal, ik gevoel aan 't eind gewrachtGa naar voetnoot1382
mijn lichaam en mijn geest.
rei van joffrouwen
Niet vreemd is 't. Offren, jagen,Ga naar voetnoot1383
beroofd te worden van zijn lief, vergrammen, klagen,Ga naar voetnoot1384
1385[regelnummer]
te duchten voor verlies van all's, ten strijde treên,Ga naar voetnoot1385
besluiten tot een reis als deez', die toe te reên,Ga naar voetnoot1386
en komen dus een einde weegs te voet getogen,Ga naar voetnoot1387
was, onverwinbaar held, alleen in uw vermogen,Ga naar voetnoot1388
om uit te staan in zo eens korten tijds bestek.Ga naar voetnoot1389
| |
[pagina 195]
| |
baeto
1390[regelnummer]
't Zal goed zijn dat ik mij gewapend nederstrek.
Rust gij mij 't hoofd, o baar, bekleed met bruine doeken,Ga naar voetnoot1391
die hebt geladen, waar ik rust aan placht te zoeken.Ga naar voetnoot1392
rei van joffrouwen
De wouden zijn in slaap, daar rept noch vee noch wild,Ga naar voetnoot1393
de sterren strooien vaak. Het leger raakt in stilt'.Ga naar voetnoot1394
1395[regelnummer]
De vorst, heel afgemat, schijnt van den slaap beschoten.Ga naar voetnoot1395
Hij plukt geen pure rust met ogen halfgesloten.Ga naar voetnoot1396
Rust, gezellinnen, ook een korte wijl. Ik achtGa naar voetnoot1397
het wel omtrent een uur is over middernacht.
rycheldin, Baeto, Zegemond, Rei van Nonnen, Burgerhart, Rei van Joffrouwen, Rei van Soldaten
rycheldin
O ega waard, wat lust uw hartGa naar voetnoot1399
1400[regelnummer]
zozere tot den rouw te tergen?
En wilt, met duldeloze smart,Ga naar voetnoot1401
't gemoed zoveel niet langer vergen.
Uw borst van alle der kwellingen stoetGa naar voetnoot1403
opruimen doet.
1405[regelnummer]
Benevelt niet met wenen naarGa naar voetnoot1405
den glans manhaftig van uw ogen.Ga naar voetnoot1406
Vergeefs bewaart gij deze baar,Ga naar voetnoot1407
men moet mij zoeken in den hogen.
| |
[pagina 196]
| |
Mijn geest, ontslagen van 't sterfelijk pak,Ga naar voetnoot1409
1410[regelnummer]
leeft in gemak.Ga naar voetnoot1410
Mij zal de dochter van den Fin,Ga naar voetnoot1411
voor haar staatdochter meer niet houwen,Ga naar voetnoot1412
het voorhoofd van de tirannin
en zal ik echter niet aanschouwen,Ga naar voetnoot1414
1415[regelnummer]
noch list, noch leugen, noch lagen mijn eerGa naar voetnoot1415
bekladden meer.Ga naar voetnoot1416
Haar staat haar straffe vast. Gij zult
dit, met een ander rijk, vergeten.Ga naar voetnoot1418
Het volk zal, ziend' u buiten schuld,Ga naar voetnoot1419
1420[regelnummer]
eens 't rijk der Catten, Hessen heten,Ga naar voetnoot1420
ter eeuwiger ere van 't edele bloed,Ga naar voetnoot1421
dat gij opvoedt.
Voor u, de Goden onbelaênGa naar voetnoot1423
een leeggelaten plek bewaren,Ga naar voetnoot1424
1425[regelnummer]
die Maas, en Rijn, en Oceaan
omheinen met hun fiere baren.Ga naar voetnoot1426
Aldaar een achtbare krone verwachtGa naar voetnoot1427
voor uw geslacht.
Daar zult gij stichten volk bekwaam,Ga naar voetnoot1429
1430[regelnummer]
om alle eeuwen door te duren.Ga naar voetnoot1430
Baetauwers eerst zal zijn hun naam,
Hollanders na, met hun geburen,Ga naar voetnoot1432
| |
[pagina 197]
| |
hetwelk in vreed' en in oorlog, in alGa naar voetnoot1433
uitmunten zal.
1435[regelnummer]
Vaarwel. Van onzen zone jonkGa naar voetnoot1435
en wilt uw harte nimmer scheiden.
U, en uw volk, de hemel pronk'Ga naar voetnoot1437
met lof van zulke vromigheiden,Ga naar voetnoot1438
dat faam wijdluchtig uw glorie uitbromm'Ga naar voetnoot1439
1440[regelnummer]
al 't aardrijk om.Ga naar voetnoot1440
En mart zo lang niet hier ter plaats,Ga naar voetnoot1441
totdat men u belemmerd vinne.Ga naar voetnoot1442
Op schennis en veel droevig kwaadsGa naar voetnoot1443
is 't hart uit van uw vijandinne.
1445[regelnummer]
Trekt voort en over de grenzen u geeft,Ga naar voetnoot1445
die Catten heeft.
baeto, Hes, Burgerhart, Zegemond, Rei van Nonnen, Rei van Joffrouwen, Rei van Soldaten
baeto
O zuiverlijke ziel, gij die zijt opgevlogenGa naar voetnoot1447
ter heilzaam' helle plek en, smet en smart onttogen,Ga naar voetnoot1448
met trotser schoonheid dan een sterfelijke bruid,
1450[regelnummer]
in 't mid der sterren steekt ten hogen hemel uit.Ga naar voetnoot1450
| |
[pagina 198]
| |
Voor wier vergood aanschijn de glorielijke lichtenGa naar voetnoot1451
en sprenklen tintelgouds aan 't blauwe welfsel zwichten,Ga naar voetnoot1452
wier erelijk gelaat dat mensenharten konGa naar voetnoot1453
verslaan op aardrijk hier, daar suffen doet de zon.Ga naar voetnoot1454
1455[regelnummer]
O eedle Rycheldin, hoewel wij zijn verscheidenGa naar voetnoot1455
zo menig eeuwig mijl, en dat er tussen beidenGa naar voetnoot1456
een eindloos midden leit van zoveel leêge lochts,Ga naar voetnoot1457
van zoveel helder vuurs, van zoveel mistig vochts,
hoewel, in 't zelschap van de lichaamloze beelden,Ga naar voetnoot1459
1460[regelnummer]
uw reine geest deurgalmd wordt met de ware weeldenGa naar voetnoot1460
van 't onverkeerlijk hof, gij neemt de moeiten aan,Ga naar voetnoot1461
van uit den hogen, hier in deze diept' te slaanGa naar voetnoot1462
't verkwikkend spel uws oogs, en laat meewarig dalenGa naar voetnoot1463
op deez' verdoemenis die lukzalige stralen.Ga naar voetnoot1464
1465[regelnummer]
Zulks dat het flonk'ren van zo troostelijk een lichtGa naar voetnoot1465
in mijn verzonken hart een hogen hemel sticht.Ga naar voetnoot1466
Wilt, oren, dit geluid bemuren, en doet stremmenGa naar voetnoot1467
zo stijf als diamant de goddelijke stemmen,
en nagelt z' in mijn borst, opdat ik, met haar kracht,Ga naar voetnoot1469
1470[regelnummer]
in spoed en tegenspoed, gewapend hou 't gedacht.Ga naar voetnoot1470
Ik volg, Godinne, waar gij henen raadt te trekken.
Men steke de trompet om 't leger op te wekken.Ga naar voetnoot1472
| |
[pagina 199]
| |
baeto, Hes, Burgerhart, Zegemond, Rei van Nonnen, Rei van Joffrouwen, Rei van Soldaten
baeto
O trouw gezelschap, hier te marren is niet goed.Ga naar voetnoot1473
Den vaderlande geev' nu elk de laatste groet,
1475[regelnummer]
en zich aan geen' zijd' van deez' grenzen. Eeuwig durenGa naar voetnoot1475
de Hemel doet uw roem bij vreemden en geburen,
landouwe lief. Dit is 't lest dat ik u betreê,Ga naar voetnoot1477
en laat u, opdat u niet laat d' inlandse vreê.Ga naar voetnoot1478
Gij jongsken, volgt m' en wenst dat nemmer ga verloren
1480[regelnummer]
de kroon die gij verliest, al was z' u aangeborenGa naar voetnoot1480
van aver t' aver. Zeg: God hoed' mijn grootvaêrs rijk.Ga naar voetnoot1481
hes
God hoed' mijn grootvaêrs rijk.
burgerhart
Wij wensen 't al gelijk.
zegemond
De Hemel, vaderland, spreid' over u Zijn zegen.
rei van nonnen
De Hemel houd' Zijn jonst altijd tot u genegen.Ga naar voetnoot1484
rei van joffrouwen
1485[regelnummer]
O plaats van ons geboort', Die hoed' u voor gekwel.Ga naar voetnoot1485
rei van soldaten
O vaderland, wij gaan. Het ga u eeuwig wel.
burgerhart
Grootmoedig vorst, wij zijn nu van de plaats begevenGa naar voetnoot1487
die met den eersten aêm opblies ons aller leven,Ga naar voetnoot1488
die met haar vruchten eerst ons heeft al t' zaam gevoed,
| |
[pagina 200]
| |
1490[regelnummer]
uit wier gewas ons is gewassen vlees en bloed.Ga naar voetnoot1490
Wij hebben nu geruimd, mijn vorst, en zijn hier buitenGa naar voetnoot1491
de grenzen van het rijk en palen die besluitenGa naar voetnoot1492
de koninklijke macht, waar onzer klein en grootGa naar voetnoot1493
aan onderworpen werd zelfs van zijn moeders schoot,Ga naar voetnoot1494
1495[regelnummer]
en vinden ons ter plek, waar niemand te gebiedenGa naar voetnoot1495
heeft over ons. Dies staat u vrij ons vrije liedenGa naar voetnoot1496
t' ontvangen in voogdij, en ons te kiezen, wienGa naar voetnoot1497
wij toevertrouwen dat oorbaarlijkst zal gebiên.
Het openstaande rijk wilt over ons aanvaarden.Ga naar voetnoot1499
rei van soldaten
1500[regelnummer]
't Is onze wil.Ga naar voetnoot1500
zegemond
Verstrekt het volk een God op aarden.
baeto
Ik heb de macht niet om te weigren 't geen gij wilt.
baeto
Ik zweer, naar wijs en wetten, d' heerschappijeGa naar voetnoot1503
bij raad van d' edelst' en de best' der burgerijeGa naar voetnoot1504
1505[regelnummer]
te voeren over u, mijn lieden, dien naar mij,
met wien gij 't houdt, voortaan uw naam Baetauwers zij.Ga naar voetnoot1506
God hoed' mij voor 't aanstaand', en boete mij 't vervlogen leid,Ga naar voetnoot1507
zo waar als dit is.
| |
[pagina 201]
| |
burgerhart
Hier is der Baetauwers mogendheid.Ga naar voetnoot1508
rei van soldaten
Lang leev' de koning.
rei van joffrouwen
Lang gezond.
rei van nonnen
Altijd in eer.
1510[regelnummer]
En 't mangel' zijner stam aan spruiten nimmermeer.Ga naar voetnoot1510
baeto
In vrede kloek als bijen, in oorlog kloek als leeuwenGa naar voetnoot1511
doorleef' mijn volk, met hun nakomelingen, d' eeuwen,
en nimmermeer en nijp' hen een te straf beleid.
zegemond
En nimmermeer en sloop' hen d' ongebondenheid.Ga naar voetnoot1514
rei van joffrouwen
1515[regelnummer]
Vorsten hoog, die wilt bekleden
met glorie eerlijk uw heilige tronen,Ga naar voetnoot1516
weten moet gij, dat redenGa naar voetnoot1517
zinnelijk heeft met uw glansrijke kronen
nagekuist des zons sieraden,
1520[regelnummer]
om u haar zeden
na te doen ijvren, en tonen
uw genaden,
aan goên en kwaden.
einde
|
|