Psalmen, zangen en oratoria's
(1870)–Emanuel Hiel– Auteursrechtvrij
[pagina 75]
| |
II - Droom in de duinen. | |
[pagina 77]
| |
Droom in de duinen.AAN | |
[pagina 79]
| |
Droom in de duinen.
| |
[pagina 80]
| |
STEMMEN OP DE ZEE.
Wij minnen.
EERSTE NIX.
Dag op de zee!
Zijt ge bedolven
angstig in wee,
kom naar de zee!
Schomlende golven
Schenken u vree.
REI VAN NIXEN.
Aan de zee! Aan de zee!
't lijden vlucht henen, nietig word 't wee.
Kom naar de zee!
Kom, we zullen u 't leven verklaren,
lachende en zingende,
dansende en springende
als de bruischende brandende baren.
Wij minnen.
De nacht daalt neder.
TWEEDE NIX.
Nacht op de zee!
glinstrende lichten
naadren en zwichten,
lokken u mee...
| |
[pagina 81]
| |
Glansend gewemel
houdt u gevangen,
jaagt uw verlangen
op naar den hemel,
ruim en rein...
Wat schijnt mij de wereld ledig en klein.
REI VAN NIXEN.
Ruim en rein...
Wat schijnt ons de wereld ledig en klein,
Maangeglim en zonnegloed
Worden eerst door ons begroet;
Wij mogen die te zamen ontwaren.
Wij spelen met stralen,
bij 't klimmen en dalen
in de bruischende brandende baren.
Wij minnen.
JONGELING.
*
Mijn geest was zoo loom,
hij beminde, maar sliep...
O, volzalige droom
die mijn hert wakker riep.
**
Wat voor harpengeklank
op de wateren zweeft,
stemt de hemel den zang
die de duinen doorbeeft?
| |
[pagina 82]
| |
***
Welk een oog in het mijn,
straalt zoo lievend en zoet...
Waar is de aarde? Ik verdwijn...
En mijn hoofd is vol gloed.
REI VAN NIXEN.
In onze armen,
kind der aarde,
leer des levens
doel en waarde.
GEWETEN.
Geloof ze niet.
MEERMIN.
Geesten, die door wieren jaagt,
zielsverlangend zingt en klaag[t];
licht, dat uit de diepten straalt,
door 't gekus der baren dwaalt
als de bron der albezieling,
waar geen' stof aan weerstand biedt....
Brengt hem hier, den schoonen speelgenoot!
GEWETEN.
Geloof ze niet,
aan haar hert wacht u de dood.
| |
[pagina 83]
| |
JONGELING.
Wat is mijn verlangen
diep en groot
in de lente van mijn leven!...
Lelieboezems prangen,
wangen rozenrood,
zoenen, liefdezangen
zingen, met de geesten zweven!
TWEE NIXEN.
Met de geesten zweven!
JONGELING.
Door de starren, door de stormen,
boven menschen, arme wormen
kruipend in den aardschen modderpoel,
zonder toekomst roem of doel!
Met de geesten zweven...
REI VAN NIXEN.
Met de geesten zweven!
JONGELING.
Vlammen in 't gedacht
voelen flonkren
die verdonkren
zonnepracht!
Met de geesten zweven...
MEERMIN.
Met de geesten zweven.
| |
[pagina 84]
| |
JONGELING.
Wat is mijn verlangen
diep en groot
in de lente van mijn leven.
REI VAN NIXEN.
In onze armen,
kind der aarde,
leer des levens
doel en waarde.
|
|