Verzorgd Nederlands
(1974)–H.M. Hermkens– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 45]
| |||||||||
7. Oorzaak - RedenTaalboekjes onderscheiden twee mogelijkheden in de causale sfeer: Ik blijf thuis omdat het regent. Ik kan niet weg doordat het regent. De eerste zin bevat een reden, de tweede een oorzaak. In het eerste geval kan ik ook zeggen: ‘Daarom blijf ik thuis’ of ‘Wegens de regen blijf ik thuis’. In het tweede geval: ‘Daardoor kan ik niet weg’ of ‘Door de regen kan ik niet weg’. Een reden (een motief) is inwendig: ze (het) komt voort uit het ken- en streefvermogen van de mens (in oneigenlijke zin ook van een dier). Een oorzaak is uitwendig: ze gaat buiten het wilsleven om en werkt blind. We kunnen ook zeggen: een reden is subjectief, een oorzaak objectief. In termen van de generatieve grammatica kunnen we zeggen: het onderscheid tussen oorzaak- en redenbepaling ligt in eerste instantie in het aspect van de beheersbaarheid. In zinnen met een bepaling van oorzaak mag ‘de hoofdzin’ niet beheersbaar zijnGa naar eind67a. Maar deze onderscheiding oorzaak-reden vindt weinig steun in de taalwerkelijkheid van heden of verledenGa naar eind68. Ze berust op een zuiver logische overweging, die te subtiel is voor de spraakmakende gemeente. Toch is het onderscheid niet zinloos: de betogende stijl is gediend met een hogere graad van nauwkeurigheid dan die we in de omgangstaal aantreffen. De getrainde, bewuste taalgebruiker dient zich te onderscheiden van de ongeschoolde doordat hij het instrument van de taal geschikt maakt voor wetenschappelijke precisie. Maar het is niet verstandig, van middelbare-scholieren de uiterste consequentie te eisen: dan riskeren we de kans op hypercorrectie, waardoor we van kwaad tot erger gekomen zijnGa naar eind69. Er zijn trouwens gevallen waarin oorzaak en reden tegelijkertijd aanwezig zijn, bv. in ‘Tegenwoordig wonen er vaak twee of meer families in één huis omdat (doordat) er nog steeds niet genoeg woonruimte aanwezig isGa naar eind70.’ Bovendien kan het redengevend verband onrechtstreeks worden uitgedrukt: Wegens diefstal werd hij gevangen genomen. (De politie arresteerde hem wegens diefstal.)
| |||||||||
[pagina 46]
| |||||||||
Alleen als er een duidelijke oorzaak bedoeld is, moeten we doordat, daardoor, waardoor of door schrijven. Als een onrechtstreekse, inclusieve reden mogelijk is, kan omdat, daarom, waarom, of om/wegens getolereerd worden. voorbeelden: Hij kwam in de gevangenis terecht doordat (omdat) hij gestolen had. (Omdat hij gestolen had, verwees de rechter hem naar de gevangenis.) Doordat (omdat) het regende, was de ontmoeting op het sportveld niet gewenst. (De organisatoren hadden een motief om de wedstrijd af te gelasten.) Deze zin is fout doordat (omdat) de bijzin nergens bij aansluit. (Om die reden noemen we hem fout.)
Als we al te bang zijn voor omdat en daarom, vervallen we gemakkelijk in een veel ernstiger fout: doordat en daardoor ter weergave van een reden. Fout: Door de kou bleven we thuis. Door de luiheid van zijn zoon heeft mijnheer Jansen besloten, hem naar een kostschool te sturen. Door kolengebrek neemt men met ingang van vandaag een van de vier ponten uit de vaart.
N.B. 1. Omreden als voegwoord is geen Nederlands: Zij moest het Belgisch grondgebied binnen 24 uur verlaten, omreden zij langer dan drie maanden in België had vertoefd zonder een verblijfsvergunning aan te vragen. 2. Het causale bijwoord dus mag alleen gebruikt worden bij een gevolgtrekking. Veel sprekers en schrijvers bedienen er zich te pas en te onpas vanGa naar eind71. Zie 2: Clichés en modewoorden. |
|