Gehuchtenboek
(1977)–Leo Herberghs– Auteursrechtelijk beschermdMaaslandse gezichten
[pagina 99]
| |
kind soms treurig aankijkt als ware de wereld te klein voor deze verstandhouding. Verderop staan andere paarden en koeien in een andere wereld, tussen andere bomen en in ander grasland. Hier, aan het pad en achter de heg, is 'n kind en is 'n paard, en beiden zijn ze, terwijl ze elkaar aanraken, van de geest van goedheid en vertrouwen bezield. Het kind noemt het paard bij zijn naam en het paard likt met zijn warme tong de palm van de hand van het kind. Uiterst zachtaardig avondlicht hangt in het holle pad dat knoestige knotten van wilgen in de berm heeft en een ondergrond van langgeleden neergevallen bladeren. De stilte is groot boven het kind en boven het paard, maar terwijl in de verte de wolken staan toe te kijken, begint het paard met zijn benen op de grond te stampen en schreeuwt het kind dat het schalt tussen de heuvels. En in galop zijn ze weg, beiden, en verdwenen, terwijl de lucht nog nazingt van hun geschal. |
|