Bob Hanf 1894-1944(1982)–Toke van Helmond, [tijdschrift] Engelbewaarder, De– Auteursrechtelijk beschermdWaarin opgenomen Christiaan Philippus' Mijmeringen over de nachtzijde van het leven Vorige Volgende [pagina 183] [p. 183] III Op de koopmansbeurs staan hon- derden heeren bij elkander. Door de ruiten schijnt de zon. Zóó, gebaad in 't klare daglicht, doen ze zaken. - ‘Veertig ton voor een-driekwart. En dan mag zich niet de kleinste complicatie voordoen, of...’ ‘'k Bied vijfentachtig, maar alleen om de relatie warm te houden.’ - ‘Genoteerd!’ En ze zwaaien, met een facie rood van aandacht, hun papieren heen en weer, reek'nen verkeerd (maar steeds naar zich toe), begieren 'n schuine mop, of doen geleerd, - en daarbij weet elk precies waar d'ander heen wil, en die ander weet dat hij 't weet... Laat genies maar voor de Nachtzijde des Levens interesse hebben, - 't is daar voor een koopman véél te vaag, zèlfs al is 't er een die tevens aanvoelt hoe de wet van vraag en van aanbod de ideeën net als goederen - zij 't ook traag - op en neer doet gaan. - Wat dee een kóópman in een wereld zonder duidelijke grenzen?! Nee, een díchter mag zich bij die wonder- lijke Nachtzij wèl bevinden, voor een kóópman is het in de kóópmansbeurs een beter oord... Daar staan ze dan ook in 't klare daglicht bij elkander. - Door 't raam schijnt nu de zon al lager. - ‘Honderd ton voor een-driekwart,’ klinkt het, maar de toon is trager. [pagina 184] [p. 184] ‘En ik bied zevenentachtig- en-een-half, om de relatie warm te houden.’ - Wat verward, in het minderende daglicht, zegt een stem nog: ‘Genoteerd’ en dan luidt reeds de bel voor 't sluiten. Men neemt afscheid zonder gracie. Gaat dan aan wat 't hart begeert - aan liefd' of borrels - zich te buiten. (Iets anders heeft men niet geleerd). Vorige Volgende