Geïllustreerde flora van Nederland
(1909)–Eli Heimans, Hein Willems Heinsius, Jac. P. Thijsse– Auteursrecht onbekendHandleiding voor het bepalen van de naam der in Nederland in het wild groeiende en verbouwde gewassen en van een groot aantal sierplanten
Druivenfamilie.
|
a. | Bij 't begin van 't bloeien vallen de kroonblaadjes at, tot een mutsje vereenigd (zie fig.); de schors van oude stammen laat in reepen los. Bloemen in lange trossen. Bladeren enkelvoudig. Blz. 597, Wijnstok | |
b. | De kroonblaadjes blijven tijdens 't bloeien uitgespreid aan de bloem. Schors niet loslatend. Bloemen in platte trossen. Bladeren, althans de hooger staande, samengesteld. Blz. 598, Wilde Wingerd |
Geslacht: Wijnstok, Vitis.
Bladeren meestal 3- of 5-lobbig, grof gezaagd. Bloemen groen, bij de gekweekte soorten tweeslachtig (in 't wild tweehuizig, zie blz. 599). Bessen in 't wild klein, donkerblauw, bij de gekweekte vormen in allerlei grootte en kleur. Middellandsche Zee-gebied. Bij ons gekweekt als sierplant on om de vruchten (Westlandsche druiventeelt). Juni.
♄ Wijnstok, V. vinifera
In zuidelijker streken geuren de bloempjes heerlijk enze zonderen ook honing af op nektariën tusschen de meeldraden. Vliegen en bijen bezoeken de bloemen. In noordelijker streken (ook bij ons) heeft meestal zelfbestuiving plaats, misschien ook kruisbestuiving door den wind.
Geslacht; Wilde Wingerd, Ampelopsis.
De Wilde Wingerdsoorten zijn vooral in den herfst prachtplanten door hun dan in alle kleurschakeeringen tusschen oranje, donker bloedrood en purper prijkend loover.
a. | Bladeren enkelvoudig, hartvormig, drielobbig of ook wel samengesteld, drietallig. Takranken met vele hechtschijfjes. Uit Japan.
♄ Onbestendige Wingerd, A. Veitchii |
|
b. | Bladeren samengesteld, meestal vijftallig. Bloemen in schermvormige trossen, vruchten blauw. Ranken vaak met niet meer dan vier zijtakken, hechtschijfjes zwak of ontbrekend. Uit Noord-Amerika.
♄ Wilde Wingerd, A. quinquefolia |