Hesperiden. Nieuwe poëzie in den avond des levens(1888)–J.P. Hasebroek– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende III. Als stoute kindren zijn de driften, die ons plagen; Wij koesteren ze aan 't hart; wij troetlen ze op den schoot; Wij kweeken trouw hun groei en bloei; en zijn ze groot, Dan - worden wij door hen geslagen. Vorige Volgende