Het paradys der geestelijcke en kerckelijke lof-sangen, op de principaelste feest-dagen des gheheelen jaers
(1679)–Aegidius Haeffacker– AuteursrechtvrijOp verscheyde toone, na verscheydenheyt des tijts, gelijck in 't Roomsch Anitphonael.
U Schepper voor den Avont stont,
Wy bidden uyt ons herten gront
Dat ghy, na uw' barmhertigheydt,
Ons hoeden wilt voor alle leydt.
Onsuyv're dromen van ons weert
En ons gedachten tot u keert,
Dat ghy des vyants list belet:
Dat hy ons lichaem niet besmet.
Geeft dit, O Vader, machtigh seer,
Door Jesum Christum onsen Heer,
Die met u, en den heyl'gen Geest
Altijdt van al moet zijn ghevreest.
Amen.
| |
[pagina 812]
| |
Procul recedant somnia
Et noctium phantasmata
Hostemque nostrum comprime,
Ne polluantur corpora.
Praesta pater omnipotens,
Per Jesu Christum Dominum;
Qui tecum in perpetuum
Regnant, cum sancto Spiritu. Amen
|
|