Corpus van Middelnederlandse teksten. Reeks II. Literaire handschriften. II-6. Sinte Lutgart, Sinte Kerstine, Nederrijns moraalboek
(1987)–Maurits Gysseling, W. Pijnenburg– Auteursrechtelijk beschermd[12] hoe dat har god oppenbarde te paschen / voer dien dat si starf ende maria sijn moeder
The paschen voer dien tijt dat si
uan ertrike scied de maghet vri
15[regelnummer]
so oppenbarde hem god der gůeder
Ga naar margenoot+ lugarden, ende oec sijn heilege můeder
met groter clarheit ende groter glorien
na de waerheit der historien
Doen claghde lutgardGa naar voetnootyt) al si plach
20[regelnummer]
dat si op ertrike ya enen dach
Ga naar margenoot+ moeste sijn dat waer haer pine
want si met hem begerde te sine //
Ga naar margenoot+ alsi dit claghde so seiden si
en ees geen noetGa naar voetnootyu) lieue dat ghi
25[regelnummer]
v uoerwert meer met enegen dingenGa naar voetnootyv)
Ga naar margenoot+ becommert want gi selt cortelingen
met payse comen then hemelschen lone
daer gi met ons selt spannen crone
gaet v al v macht bereiden
30[regelnummer]
wien willen uwes nyet langer beiden.
Ga naar margenoot+ Doen si dit wiste ende had ontfaen
so seid sijt sibillen van gagis saen
met groter uroudenGa naar voetnootyw) ende met uresen
dat dit recht alsus soud wesen.
|
|