Corpus van Middelnederlandse teksten. Reeks II. Literaire handschriften. II-6. Sinte Lutgart, Sinte Kerstine, Nederrijns moraalboek
(1987)–Maurits Gysseling, W. Pijnenburg– Auteursrechtelijk beschermd
Regelnummers proza verbergen
| |
20[36] Wie dat si der hertoeghinnenGa naar voetnootuu) van braban[t] / voerseide dat si van der siecheit steruen sou[de]
Tier seluer tijt so was swaerlike
Ga naar margenoot+ met siecheiden bestaen van urankerik[e]
dies conincs dochter, di hertoginne //
25[regelnummer]
Ga naar margenoot+ [va]n brabant was, ende wijs van sinne.
[la]nghen tijt had si ghebeden
[me]t boden die har boedscap deden
Ga naar margenoot+ [lu]tgarden dat si voer har gode
[ern]stlecGa naar voetnootuv) bade in dien node
30[regelnummer]
[si] bat ende ontboed har saen
[da]t si nommermeer en soud staen
[va]n haren bedde, Ende si bat
Ga naar margenoot+ [ha]r bouen alle dinghe dat
[si] altesteruene har bereidde
35[regelnummer]
[endeGa naar voetnootuw)] gods met groten hope ontbeidde
[da]erGa naar voetnootux) na onlanghe so starf di vrouwe
[endeGa naar voetnootuy)] liet har vriende in groten rouwe
Ga naar margenoot+ [emdeGa naar voetnootuz)] na har doed vertoende si hare
[derGa naar voetnootva)] werder lutgarden oppenbare
| |
[pagina 72]
| |
[endeGa naar voetnootvb)] seide dat si soud werdden sciere
[verl]oest genedechlec vten veghviere
[m]etter helpen onser urouwen
Ga naar margenoot+ [di]e si op ertrike minde met trouwen.
5[regelnummer]
[o]ec seid si van een edelen man
[d]en borchgreue van brusele, dat hi van
[d]esen ertrike gesceden ware
[ee]r ment wiste oppenbare //
|
|