Raj Powpi
(1990)–Romeo Grot– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 4]
| |
Hoofdstuk II
| |
[pagina 5]
| |
In het derde jaar werd je geleerd te vissen in de grote rivieren en aan de monding van de zee. Alsook waar de rijkste visgronden zich bevinden. Deze was ook de periode om het lezen en schrijven bij te brengen. In het vierde en vijfde jaar werd je aardrijkskunde bijgebracht, waarbij reizen werden ondernomen naar andere steden in het land en soms zoals, Powpi zich ooit herinnerde, naar naburige landen als Brasili en Madeira. Door deze reizen leerden de kinderen in het land Sra al heel vroeg hun land goed kennen. De schoonheid van hun land leerden ze op die manier waarderen. Door de reizen naar naburige landen waren de kinderen in het land Sra wijze kleine mensen. De kinderen leerden eveneens rekenen en wiskunde. Het laatste bewees vooral tijdens de zeereizen zijn nut. Op school werd in alle klassen veel aandacht aan sport besteed. Jongens en meisjes leerden worstelen en judo. Slagbal, streylon en nog veel andere sporten. Powpi kon altijd goed leren op school. Hij en Hemmend waren meestal de beste van de groep en in alles hielpen zij elkaar. Twee eigenschappen waardoor Powpi onder zijn vrienden erg opviel waren zijn neiging om het altijd voor de zwakkeren op te nemen, alsook zijn leiderskwaliteiten. Powpi kon vrienden overtuigen om dingen voor mekaar te krijgen, die ze eerder geen van allen voor mogelijk hadden gehouden. Een voorbeeld hiervan was toen ze als twaalfjarigen besloten een speelveld voor de kleintjes aan te leggen. Eerst nam niemand de jongens en meisjes onder leiding van Powpi serieus. Maar toen de volwassenen zagen met welke geestdrift de kinderen te werk gingen, boden zij spontaan hun hulp aan. Ook werden de volwassenen hierdoor geïnspireerd om gezamenlijk te werken aan de verbetering van de wegen in de stad Pelele Tepu. Tijdens vechtpartijen zouden Powpi en Hemmend elkaar nooit in de steek laten. Elke dag opnieuw waren ze geen moment van elkaar te scheiden. Mensen zeiden zelfs dat ze | |
[pagina 6]
| |
op dezelfde dag geboren waren. Maar ja, Powpi en Hemmend leken helemaal niet op elkaar. Maanden gingen voorbij en jaren gingen voorbij. En Powpi groeide op tot een sterke jongeman die altijd voor zwakkeren opkwam. Op vijftienjarige leeftijd brak de tijd voor Powpi en Hemmend aan om op de universiteit te gaan studeren. Op de universiteit mocht je na drie jaar een vak kiezen waarin jij je verder wilde specialiseren. Powpi ging zich op de studie van de landbouw toeleggen, terwijl Hemmend rechten ging studeren. Dit betekende dat ze naar de grote stad moesten verhuizen. En daar in de stad Poyka alle belangrijke universiteiten zich bevonden, werd gekozen voor een universiteit in deze stad. Nu zagen ze elkaar pas laat op de avond wanneer alle studenten na een vermoeiende dag van studeren, werken en sporten in de grote ontspanningszaal bij elkaar kwamen. Om de laatste nieuwtjes met elkaar uit te wisselen, of om te praten over hoe het in hun land beter kon gaan. Tijdens deze discussies kon het er erg fel toe gaan. Vaak werden ook avonden gehouden waarbij speciale sprekers redevoeringen hielden. Zo was een keer de beurt aan masra Ramdjanee, een heel bekwaam leider en strijder voor de arme mensen in het land. Ramdjanee sprak over hoe het zou moeten als het land Sra geen koninkrijk meer was. Hoe voor de armen gezorgd moest worden en hoe het land Sra het beste tot ontwikkeling gebracht kon worden. Nadat Ramdjanee zijn lezing gehouden had, ontstond een heel felle en interessante discussie. Een groep vond dat je moest wachten tot de machthebbers van het koningshuis elkaar zouden beginnen af te maken. Men wist immers dat onder adviseurs en belangrijke mensen in de regering veel onenigheid bestond. Terwijl een andere groep van mening was dat je verandering alleen dan tot stand kan brengen, door met het gehele volk samen te werken en te strijden voor verandering van wat niet goed ging. | |
[pagina 7]
| |
Op een bepaald moment vroeg Powpi het woord. Hij trad naar voren, terwijl een ieder ruimte voor hem maakte, zodat hij langs kon gaan. Om de zaal te kunnen overzien, ging Powpi op een sinaasappelkrat staan. Hij sprak: ‘Broeders en zusters, we zijn gestudeerd, we weten veel en zijn goede denkers. Maar heeft één van jullie je afgevraagd wat er in die tussentijd gebeurt? De armoede neemt niet af, terwijl de armen onze hulp bij vele zaken zo hard nodig hebben. Vrienden we moeten handelen voor het te laat is.’ Nadat Powpi uitgesproken was, applaudisseerde iedereen. Die avond werd de pioniersgroep NANGA MAKANDRA geproclameerd. Afspraken werden gemaakt over hoe verder gewerkt zou worden. Allen zouden de studie voor langere tijd onderbreken. Men zou heel het land doorkruisen en in groepjes werken. Een groepje zou mensen leren lezen en schrijven. Een andere groep zou met boeren gaan werken om de boeren te leren hoe meer padi per hektare land verkregen kon worden. Een andere groep zou samen met boeren gaan bekijken hoe ze het beste zouden kunnen samenwerken om van hetgeen het land voortbrengt het meeste te profiteren. Andere groepen zouden dieper het binnenland intrekken om te helpen bij het opzetten van een goede watervoorziening en om medische posten te starten. Weer een andere groep zou het binnenland intrekken om een studie te maken van de cultuur van de bewoners van deze gebieden. En zo bijdragen aan een beter begrip tussen de verschillende stammen. Op deze avond werd Powpi aangewezen als voorzitter van de pioniersgroep NANGA MAKANDRA. Eerst twijfelde hij of ie het wel zou doen of niet, maar na met Hemmend overlegd te hebben, besloot Powpi de belangrijke funktie op zich te nemen. Echter had hij één verzoek, namelijk... dat Hemmend zijn tweede man zou zijn. Eerst wilde men weten waarom Powpi persé Hemmend erbij wilde hebben. Mensen die deze twee echter kenden, wisten hoe goed Powpi en Hemmend konden samenwerken, | |
[pagina 8]
| |
ondersteunden hem gelijk in zijn verzoek. Ze wisten dat Powpi en Hemmend samen een goed en hard werkend duo zouden vormen. Afgesproken werd om de volgende avond weer bij elkaar te komen. |
|