Het getijdenboek van Geert Grote
(1940)–Geert Grote– Auteursrecht onbekend
[pagina 10]
| |
III. HandschriftenIk beschrijf met een vrij grote uitvoerigheid het Haagse handschrift 133 E 21, dat hieronder wordt afgedrukt. Daarna geef ik een beschrijving der andere mij bekende handschriften, die de proloog op de Getijden der H. Maagd bevatten; in hoeverre in deze codices ook nog glossen bewaard zijn, dat leze men hierboven op blz. 6 na. Enige der van prologen en glossen voorziene handschriften kwam ik op het spoor door aanwijzingen van wijlen Willem de Vreese, bij wien ik te Gent, in 1909 of 1910, enige dagen gewerkt heb Mijn beschrijvingen zijn van verschillende uitvoerigheid; dat komt, doordat ik mij voor de in buitenlandse bibliotheken bewaarde handschriften tevreden moest stellen met mijn oude notities, in sommige gevallen aangevuld met aantekeningen van de Vreese voor zijn Bibliotheca Neerlandica Manuscripta, thans bewaard in de Universiteitsbibliotheek te Leiden, en met gedrukte beschrijvingen. Het leek mij beter, datgene wat ik thans bijeen heb mee te delen, dan te wachten tot tijden, waarop een verbetering der internationale verkeersmogelijkheden het gemakkelijker zullen maken, al de handschriften met gelijke uitvoerigheid en naar een volkomen gelijk systeem te beschrijven. Wat de juistheid der beschrijvingen en afschriften aangaat, vertrouw ik op mijn nauwkeurigheid in de tijd toen ik ze maakte. De keus der hier beschreven handschriften werd bepaald door het feit, dat ik van deze handschriften varianten gebruikt heb voor mijn uitgave, zij het dan ook van sommige slechts enige weinige. | |
's-Gravenhage, Nationale Bibliotheek, 133 E 21(Verslag over den toestand der Koninklijke Bibliotheek in het jaar 1897, blz. 25, Nr. 35; Catalogus Codicum manuscriptorum Bibliothecae Regiae, Vol. I: Libri theologici, Hagae Comitum 1922, blz. 54, Nr. 255). Perk. 203 bl. 120×85. Cahiers: f. 1 (de kalender voor Januari en wellicht enig voorwerk ontbreekt), f. 2-9, f. 10/11, 15 cahiers van 8 bl. (f. 12-130; NB. tussen 57 en 58 een blad 57a), f. 131-134, 8 cahiers van 8 bl. (f. 135-198), f. 199-202. Hierna zijn veel later 3 papieren bladen ingeplakt en beschreven (17/18 eeuw). In de oude lederen band. | |
[pagina 11]
| |
Grote blauw-en-rode initialen met rode en paarse pentekening op f. 12r, 13r, 57ar, 77r, 84r, 85r, 135r, 158r; iets kleinere blauwe initialen met rode pentekening op f. 46v, 70v; een dgl. rode initiaal met paarse pentekening op f. 107r; door het gehele handschrift heen rode opschriften en afwisselend blauwe en rode initialen. De glossen rood onderstreept. De tekst hier en daar overgewerkt. Het schrift is de Windesheimse rotunda en herinnert zeer sterk aan dat van de in Darmstadt bewaarde, voor het Agnietenberg-klooster geschreven bijbel van Thomas a Kempis van 1427-1439 (Darmstadt, Staatsbibliothek, HS. 324); zie B. Kruitwagen, Het Boek XXIII ('s-Gravenhage 1935/36), blz. 29-32 en Nr. II der reproducties tussen blz. 54 en 55; A.W. Byvanck, La miniature dans les Pays-Bas Septentrionaux (Paris 1937), 133 en planche LXXXI (het Haagse hs. heeft geen andere leestekens dan de punt en plaatst vaak een krulletje boven de u, hetgeen ik in de reproducties van Thomas' bijbel niet aantrof). W. de Vreese schreef mij 24 Januari 1912: ‘Het schrift draagt de onmiskenbare kenteekenen van dat uit Zwolle en Agnetenberg.’ Zijn datering t.a.p.: ‘± 1460’ komt mij wat jong voor; hoe dat zij, onder de Windesheimers van Zwolle en omstreken was ook ± 1460 een antiek type van de door Geert Grote vertaalde teksten voor-de-hand-liggend.
Inhoud: f. 1r-11v Utrechtse kalender, f. 12r-57v Getijden der H. Maagd met proloog, f. 57ar-76v Getijden van de H. Geest, f. 77r (opschrift 76v)-83v Korte Getijden van het H. Kruis, f. 84r (opschrift 83v)-106v Getijden der Eeuwige Wijsheid, f. 107r-134r Lange Getijden van het H. Kruis, f. 134rv Later toegevoegd: so vye ten heilighen scakerment vil gaen die is noet dat hy dese puntten hef enz., f. 135r-145v VII psalmen, f. 145v-157v Litanie, f. 157v Later bijgeschreven: die dese vier punten aen hem heeft die machs te vreden staen enz., f. 158r-202v Vigilie met proloog. (f. 203-205 zie hierboven). Oost-Noordnederlands. | |
[pagina 12]
| |
Brussel, Koninklijke Bibliotheek, 3040(J. van den Gheyn, S.J., Catalogue des Manuscrits de la Bibliothèque Royale de Belgique I, Brussel 1901, blz. 490 v., Nr. 781; ook beschreven door M. Meertens, De Godsvrucht in de Nederlanden VI, 1934, blz. 29-31, onder Nr. 9). Perk. 230 bl. 129×90. Cahiers: f. 1-8, f. 9-14, 9 cahiers van 8 bl. (f. 15-86), f. 87-96, 8 cahiers van 8 bl. (f. 97-160), f. 161-164, 6 cahiers van 8 bl. (f. 165-212), f. 213-216, f. 217-224, f. 225-230 (tot hetzelfde cahier behoort nog een onbeschreven blad na 230). In de oorspronkelijke band met nieuwe rug, waarop in goud: 3040. In het hs. stempels: Bibliothèque Nationale, Bibliothèque de Bourgogne. 1e helft XV. eeuw. Door verschillende handen geschreven (f. 1/2, 111/112, 214-216 met dezelfde hand, f. 217-230 groter, maar met dergelijke hand).
Inhoud: f. 1v-2v Dese iij aue maria leerde ons vrouwe (Inc.:) O goedertieren maria een dochter. Later geschreven (door dezelfde hand, die de kalender schreef?), f. 3r-14v Zuidnederlandse kalender, blijkbaar later geschreven dan de getijden (volgens M. Meertens Kamerijks; de vermelding in rood van S'. rommout op 1 Juli en op 18 October, de laatste maal met octaaf, schijnt mij een nauwkeuriger localisatie en wel in Mechelen mogelijk te maken), met toevoegingen door latere handen geschreven, o.a. kerc wijnghe betha(nia) op 6 October, f. 15r-62v Getijden der H. Maagd met proloog, f. 63r-89v Getijden der E. Wijsheid, f. 90r (opschrift 89v)-111v Getijden van de H. Geest, f. 111v-112r Dese . v gruete leerde onse heere eenen cleerct [Inc.:] Ic gruete v suete heere, f. 112v O here ih's xs daer du woudes dat heylighe vleesch enz., f. 113r-141v Lange getijden van het H. Kruis, f. 142r-153r VII psalmen, f. 153r-164v Litanie, f. 165r-213v Vigilie met proloog, f. 214r-230r Gebeden; zie bij M. Meertens, t.a.p. | |
[pagina 13]
| |
In een Oost-Noordnederlandse taal met hollandismen (aer uit gerekte er vóór dentalen; ou < ol enz.); wellicht door een westelijken Noordnederlander gecopiëerd naar een Oostelijk origineel en daarna naar Zuid-Nederland gekomen en daar van een kalender voorzien. | |
Fulda, Landesbibliothek, AA 132.Perk. 179 bl. 98×75. ± 1400 of 1e helft XV. eeuw [aldus mijn notities; De Vreese dateert het hs. in zijn materiaal voor de Bibliotheca neerlandica manuscripta op het midden der XV. eeuw]. Band verloren. Vooraan enige papieren bladen met later geschreven gebeden. Dan: f. 1-12 Kalender, in hoofdzaak Munsters, [Onder 5 October is wat later Meynolf confessoer ingevoegd, die ook in de litanie voorkomt.] f. 13r-58r Getijden der H. Maagd met proloog, f. 58v-79v Getijden der E. Wijsheid, f. 80r-89v Getijden van de H. Geest, f. 90r-112v Lange getijden van het H. Kruis, f. 112v-116r Korte getijden van het H. Kruis, f. 116v-128v VII psalmen, f. 128v-141r Litanie, f. 141v-173v Vigilie met proloog, f. 174r-179v Commendatie. Naar de taal te oordelen, afkomstig uit het Twents-Nederduitse grensgebied. | |
Leipzig, Universitätsbibliothek, 1516.Perk. 320 bl. 119×84. 3 bl.; 2 cahiers van 6 bl. (f. 4-15); 15 cahiers van 8 bl. (f. 16-133), waarvan er 2 door het uitsnijden van een blad tot 7 gereduceerd zijn (f. 72-78, 127-133); 1 cahier van 6 bl. (f. 134-139); 23 cahiers van 8 bl. (f. 140-320), het laatste door het uitsnijden van een blad tot 7 gereduceerd, waarvan er 2 onbeschreven zijn. In gelijktijdige band. ± 1400.Ga naar voetnoot1) Geschreven door 2 personen; A schreef f. 4r-77v, | |
[pagina 14]
| |
127v-133v, 140r-242v, 251r-319vGa naar voetnoot1), B schreef f. 79r-127v, 134r-139r, 243r-250r; B schreef rechter en regelmatiger; A spelde steeds ii, B bijna altijd ij. Inhoud: f. 2r Itken millings wonende opten ganshoeuel hoert dit bueck toe . die idt vint geeft oer weder om gods wil. f. 4r-15v Utrechtse kalender, f. 16r Getijden der H. Maagd met proloog, f. 79r Getijden van de H. Geest, f. 103v VII psalmen, f. 116v Litanie, f. 127v Dit is die misse uanden heyligen gheeste, f. 134r Hier beghint die siel misse, f. 140r Getijden van het H. Sacrament, met de mis van het H. Sacrament, f. 243r Weest gegruet heilige gods moeder ioncwinnende maghedijn, f. 251r Vigilie met proloog. Oost-Noordnederlands. | |
München, Staatsbibliothek, Codex germ. 106Ga naar voetnoot2).Perk. 164 bl. 1e helft of midden XV. eeuw. In de oorspronkelijke band. Op de verso-zijde van het schutblad voorin een mededeling van het overlijden van caplaen heer claes op 23 Augustus 1500. Inhoud: f. 1-11 Kalender. f. 11v Op kers dach een antiffen. /12r/ Hvden is xus geboren. Kerstofficium, 29r.v. eindigend met de hymne: Cristus verlosser aller menschen enighe sone des vaders du biste, f. 30 Getijden der H. Maagd met proloog, f. 71 VII psalmen met litanie, f. 93 Vigilie met proloog, f. 134 C artikelen met proloog, f. 162 Een deuoet ghebet vanden heilighen sacrament, enz., f. 164v Expl.: O here du biste een mynnentlike boem onser salicheit. | |
[pagina 15]
| |
Waarschijnlijk naar een antiek Oost-Noordnederlands handschrift door een persoon van wat westelijker afkomst gecopiëerd. | |
München, Staatsbibliothek, Codex germ. 185.217 bl. 19-205 perkament, 1-18, 206-217 papier. XV. eeuw. De op papier geschreven gedeelten zijn van jonger datum dan de rest. Inhoud: f. 1-17 die corte getijden des heilighen cruis. Inc.: O alle weldighe moegentheit eweghe wijsheit; f. 2r Heer du sulst (vertaling van Geert Grote), f. 17v versikel In alle onse bedruffenisse ende bedruckenis, Collecta Here ih'u xe die alre glorioste, f. 18r Met die hemelsche benedixie moet ons gebenedyen, f. 18v Ghebenedy heer dit huys, f. 19r Behuet ons heer als een appel des oge (later geschreven), f. 20r-66r Getijden der H. Maagd met proloog, f. 66r-86v Getijden van de H. Geest, [f. 86v met jongere hand, in Duits schrift: Bernard Jörkes] f. 88r-115v Lange Getijden van het H. Kruis, f. 116r-142r Getijden der Eeuwige Wijsheid, f. 143r-153v VII psalmen, f. 153v-166v Litanie, f. 167v-217v Vigilie met proloog. Aan het slot enige collecten en een psalm, die in de meeste getijdenboeken ontbreken. Oost-Noordnederlands. | |
Munster, Paulinische Bibliothek, 419 (783).Perk. 303 bl. 105 × 79. 18 cahiers van 8 bl. (f. 1-144); 1 van 4 bl. (f. 145-148); 19 van 8 bl. (f. 149-300); 3 bl. (301-303). In oude, hoewel waarschijnlijk niet gelijktijdige houten, met bruin kalfsleder overtrokken band. Bij het binden zijn cahiers 3 en 4 verwisseld en twee slotgedeelten van getijden, waarschijnlijk op losse bladen geschreven, zijn weggelaten. Geschreven door 3 personen; A schreef bl. 1-180, B bl. 181-220, C bl. 221-303. B schrijft minder dikke letters dan A, met neiging tot hoekigheid; de letters van C maken een spichtiger | |
[pagina 16]
| |
indruk, ofschoon enige er van van onder ronder zijn; de glossen worden in C, in tegenstelling tot A, ingeleid door het teken ¶, en in de rand ; karakteristiek voor dezen schrijver is het op een vraagteken lijkende, maar niet als zodanig gebruikte leesteken. A heeft naar verhouding meer versierde letters dan B en C. Voltooid in 1398.
Inhoud (zie Moll bl. 4): f. 1r-77v Getijden der H. Maagd met proloog, f. 78r-92r VII psalmen, f. 92r-107v Litanie, f. 107v-112v Korte getijden van het H. Kruis [enige bladen, het slot dezer getijden bevattend, ontbreken], f. 113r-148v Getijden der E. Wijsheid, f. 149r-180v Getijden van de H. Geest, f. 181r-220v Lange getijden van het H. Kruis [enige bladen met het slot ontbreken], f. 221r-302v Vigilie met proloog, f. 302v-303r Naschrift van den afschrijver (zie hierboven blz. 1), f. 303rv Later bijgeschreven gebed. Binnen in de vóórband: Donum D. assessoris Hosius. 1819. Onder op f. 1r: Biblioth. J. Niesert, past. in Velen. 1819. Waarschijnlijk, niettegenstaande de verschillende herkomst der schrijvers, in Oost-Noordnederland geschreven. | |
Munster, Paulinische Bibliothek 420 (778).De Vreese geeft van dit handschrift in het materiaal voor zijn Bibliotheca neerlandica manuscripta de volgende korte beschrijving: ‘Perk. 116 × 84; ± 1460. Band 16de Eeuw met 2 sloten; blijkbaar herbonden; het hs. is onvolledig. ‘Bevat getiden, met voorrede van Geert Groote. ‘Binnen in den band vooraan: Liber Bibliothecae Liesbornensis ex donatione Dnae Preussen Matris in Niesing quando abrogato usu Sic orandi novus ordo inducebatur paulo ante annum 1789 quo haec scripsi 23, Octobris P.W. Hüffer.’ Ik zelf had het handschrift in de eerste helft der XV. eeuw gedateerd. Ik maakte er nog deze aantekeningen over: | |
[pagina 17]
| |
Getijdenboek in Nederlands-Nederduits grensdialekt met prologen en glossen. Inhoud: f. 1r-72v Getijden der H. Maagd met proloog, f. 72v Opschrift van de Getijden der E. Wijsheid (die zelf ontbreken), f. 73r-87v VII psalmen, f. 87v-103r Litanie, f. 103v (opschrift 103r)-186v. Vigilie met proloog. Aan het eind ontbreken het einde der 2de slot-collecta en de 3de collecta. | |
Munster, Paulinische Bibliothek, 421 (779).‘Perk. 115 × 80. 1410. Moderne band met perkamenten rug. Bestaat uit quaternen, gesigneerd aj, a2, a3 enz. tot vj, v2, v3. Daarna een gedeelte, 165-216 van andere hand, maar toch mede gesigneerd x1, x2, x3; y1, y2, y3; A1, A2, A3 enz.’ (De Vreese). Inhoud: f. 1-12 Utrechtse kalender, f. 13r-66v Getijden der H. Maagd met proloog, f. 67r (opschrift f. 66v)-95r Getijden der E. Wijsheid, f. 95r-106r Gebeden (midden in de tekst afgebroken), f. 107r-126v Getijden van de Heilige Geest, f. 127r (opschrift 126v)-140v Gebeden, f. 141r (opschrift 140v)-153r VII psalmen, f. 153r-164r Litanie, f. 165r-215v Vigilie met proloog, f. 215v-267r Stukken, die niet tot het Getijdenboek behoren. Aan het slot: Finita sunt hec per manus ihoīs heys anno dnī Moccccoxo in sabatto ante festum symonis et jude. Oostelijk Noordnederlands. | |
Utrecht, Aartsbisschoppelijk Museum, 19.Perk. 124 bl. 148 × 105. Cahiers van 8 bl., behalve het eerste, f. 1-3, en tweede, f. 4-9 (vóór 4 twee bladen weggesneden); het laatste cahier bestaat uit 3 beschreven en 5 onbeschreven bladen. [Voor de versiering vgl. W. de Vreese, Het Gildeboek V (1923), 214.] XV. eeuw; volgens De Vreese, t.a.p., ± 1465. | |
[pagina 18]
| |
Inhoud: f. 1r Dit bock hoert toe lisken vander steghen, f. 2/3 Begin van het Evangelie van Johannes, met versikel en collect, f. 4r Utrechtse kalender, f. 16 onbeschreven, f. 17v Miniatuur: S. Bernardus, geknield voor Maria met het Kind Jezus; hierbij f. 17r het distichon: Lactis virginei ros infusus faciei/Bernardi. dat ei lactea verba dei, f. 18r Getijden der H. Maagd met proloog, f. 71v Tot onser vrouwen. O alre heilichste moeder gods suuer maghet maria Ic bid di dattu totter ghedenckenissen, enz., f. 73 onbeschreven, f. 74r VII psalmen, f. 85r Litanie, f. 93v Miniatuur: Gekruisigde Jezus met Maria en Johannes, f. 94r-124r Lange getijden van het H. Kruis. Hollands. | |
Utrecht, Aartsbisschoppelijk Museum, 82(uit de nalatenschap van Mgr. G.W. van Heukelum).Ga naar voetnoot1) Perk. 176 bl. 123 × 86. Cahiers van 8 bl., met uitzondering van bl. 9-12 (vóór bl. 9 zijn 2 bladen uitgesneden, waarvan één beschreven), en bl. 173-176. Tusschen bl. 68 en 69 ontbreekt 1 cahier, tussen bl. 116 en 117 ontbreken minstens 2 cahiers. In lederen, zeer gehavende band. ± 1400 of 1e helft 15. eeuw. Inhoud: f. 2r-12v Utrechtse kalender (de maand Augustus uitgescheurd), f. 13r-63v Getijden der H. Maagd, | |
[pagina 19]
| |
f. 64r (opschrift 63v)-83r Getijden der E. Wijsheid, f. 83v-100v Getijden van de H. Geest, f. 101r (opschrift 100v)-116v Lange Getijden van het H. Kruis, f. 117r-125v Litanie (VII psalmen en begin der Litanie ontbreken), f. 125v-175r Vigilie met proloog. Glossen: f. 14v dat is mit louesanghe, - f. 26r dat is inder ewicheit, - f. 29v Dit sin namen der drier kinder die dit lof inden vuere zonghen, - f. 92r: Euge is ene belachende ende ene verwitende stemme (vgl. Moll, blz. 42 en f. 13v 23v, 27r, 67r van het door mij uitgegeven Haagse handschrift). Oost-Noordnederlands (karakteristiek voor dit hs., in tegenstelling tot 133 E 21 en M, is de vorm hilich, hilighe); Plechem bis (d.i. Plechelmus biscop), in rood in de kalender op 15 Juli, wijst op het Oosten (Oldenzaal?). |
|