Gedichten
(1971)–Maria de Groot– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 121]
| |
*Nog de druipwitte maan
maar nergens rijst
trots van torens boven de heuvels uit
de mazurka van marmer en tichelsteen
ik alleen
eenzaamheid onmetelijk in mij gaapt
trechter van slaap.
| |
*Wie zal de schreeuw niet horen
de honderdvoudige
uit de koperen keel van de kat
wie zal met beide oren
niet slikken
zich bedrinken aan de schreeuw
de duizendvoudige
totdat bij zich verstuikt -
welk lied.
|
|