Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 14
(1993)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd6525. 1643 november 9. Van N. van Reigersberch.Ga naar voetnoot1Mijnheer, Het aenhouden van Montaigu ende de devoiren tot sijne ontslagynge bij expresse ordre van de roine-regente aen het parlament gedaenGa naar voetnoot2 ende eenyge formaliteyten in het instellen van een billet, daertoe dienende overgelevert, geven een quade inleydynge tot de negotiatie van den grave van Harcourt, hoewel het leste de faute van den secretaris wort geweten, die den gemelten grave hadde gequalificeert ‘monseigneur’ ende de vergaderynge ‘messieurs du parlament’, tot seer grooten aenstoot.Ga naar voetnoot3 Van Londen was den grave naer Oxfort bij den conynck gegaen niet sonder eenyge rencontre op den wech ende wiert in corte dagen wederom tot Londen verwacht, alwaer de opinie niet en was, gemerckt wat personen bij den conynck meest vermogen, dat sijne Majesteyt van de Spaense factie affgetrocken soude connen worden, temeer den conynx partije niet en verswackte. Verresiende, goede Engelschen, considererende de swackheyt van het hoff en de irresolutie ende trage raetslagen van het parlament, apprehenderen dat beyde partijen haer de comste van de Scotten in het rijck sullen beclagen, ende wenschen darom selffs veele, het parlament wel geaffectionneert, dat door accommodatie die extremiteyt conde worden voorcommen, waertoe het parlament schijnt niet te sullen verstaen sonder verseeckerynge van religie ende securiteyt van degenen die het parlamen[t]s recht hebben voorgestaen. Acht | |
graven, negen barons hadden het convenant, met de Scotten gemaekt, geteyckentGa naar voetnoot4 ende meer andere absenten hadden geschreven van gelijcke te sullen doen, gelijck men mede verwachte van den grave van Northumberlant,Ga naar voetnoot5 die wederom tot Londen was gecommen. Sevenhondertduysent guldens waren van de penyngen, aen de Scotten belooft,Ga naar voetnoot6 gesonden ende overgemaeckt. De ambassadeurs die naer Engelant souden gaen ende haer houden off alle dage souden vertrecken weet ick niet off bij andere off bij haerselven worden opgehouden.Ga naar voetnoot7 Inderdaet sijn het gelt noch de scepen niet gereet, ende naer mijn opinie soucken sij te doorsien den cours ende het succes van den grave van Harcourt, als beyde haer grootelijckx connende dienen. Milord Goryn, die voorgeeft hier gecommen te sijn om naer Vranckrijck als ambassadeur te gaen, doet met sijn lange verblijven wel geloven dat darom alleen niet is gecommen, maer wat eygentlijck negotieert hoort men niet.Ga naar voetnoot8 Den vierden van dese maent waren de plenipotentiers te Hoy gearriveert,Ga naar voetnoot9 hadden aen Luyck geschreven in hare stat niet te sullen commen, ten ware sij de geëxileerde alvorens hadden gerecipieert.Ga naar voetnoot10 Sondach worden tot Mastricht verwacht, soodat men meent eerstdaechs hier sullen sijn. Niet alleen onsen neeff, maer meest alle die maniantie van saecken hier hebben, sien de macht van de regierynge van dat hoff seer garen in den handen daer die jegenwoordych in is,Ga naar voetnoot11 meenende de saecken anders met eenyge vasticheyt ende buyten reboursen qualijck connen worden gemanieert ende het beleyt tot den vrede niet wel met avantage gestiert bij de Loransche princen,Ga naar voetnoot12 die te seer daernaer haesten. Maer indien de hope van handelynge van de ander sijde soude worden affgesneden, soude Hollant heel ander gevoelen nemen, als sijnde ten hoochsten tot den vrede genegen. Dat van de steden een eenparych maintenement van goede maximes soude connen worden gewacht, houde ick buyten apparentie:Ga naar voetnoot13 sooveel particuliere insichten deelen deselve bij | |
alle occasiën, ende de jegenwoordyge vigeur van veele neempt haer oorspronk meer uyt ombrage door de Engelsche saecken ende religionsinsichten als vaste gronden van staet ende vrijheyt, ende sooveel ick kan voorsien, soo sal aen de ander sijde niet worden versuympt met geestelijcke instrumenten te wercken. Et id denique restat.Ga naar voetnoot14 De expeditie van mijn nichts procesGa naar voetnoot15 heb ick duslange niet connen recommanderen, omdat de saecken niet over sijn gelevert geweest, ende off noch sijn weet ick niet, dan sal devoir daertoe doen ende oock een bequamen tijt waernemen om het tot een decisie te helpen, alvorens wenschende den heer Crommon,Ga naar voetnoot16 die apparent is den heer Scottens plaetseGa naar voetnoot17 te vervullen, sessie hadde genomen. Particuliere flau sijnde om het cruycen met de premiënGa naar voetnoot18 bij de hant te nemen, met meenynge meerder te bedyngen, hanthaven de steden het werck, hebbende die van Middelburch de acht scepen die in Zeelant uytgerust souden worden alle tot haren last genomen, van dewelke eenyge ingesetenen drie hebben versocht ende gecregen; twee andere sijn aen Vlissyngen geweygert, alsoo Middelburg dese occasie gebruyck[t] om een goet aental bootsvolck in haer stat te trecken. Desen 9 November 1643. | |
Adres: Mijnheer/mijnheer de Groot, raet ende ambassadeur ordinaris van de coninginne ende crone van Sueden bij den alderchristelijcksten coninck. Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 18 Nov. En in dorso: 9 Nov. 1643 N. Reigersberg. |
|