Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 13

[p. 475]

5921. 1642 oktober 17. Aan [P. Spiring Silvercrona].¹

Mijnheer de cardinal is gisteren hier te Parijs gebracht. Mevrou[w] van Vandosme is met haere kinderen in Engelandt.² De hertoch van Bouillon is vrij hierdoor gepasseert nae Roussy, daer zijne huisvrouw is.³ De presidenten die gerelegeert waeren en onder andre de president de Mesme, broeder van monsieur d'Avaux, hebben permissie hier weeder te coomen.⁴

Don Melos is noch bij Valencien en gaet mischien teegen den grave van Guebrian. De grave van Harcourt zijnde ontrent Sint Quintyn heeft hem belet eenich belech in Vranckrijck bij de hand te neemen. 't Volck van Beck loopen ontrent Reyms.⁵ Hertoch Carel is in 't landt van Trier. Enige seggen dat hij aen sijn volck eenige schaeden heeft geleeden en hoopen dat monsieur du Hallier de armen vrij sal hebben om weeder te becoomen Sarbruch, Sint Avaut, Vaudrevange, Sirich.⁶

't Huwelijeck tussen prins Mauris van Savoye, voor desen cardinal, is door sijn procureur met de dochter van Savoye gesolenniseert te Thurin ende de bruit gebracht te Nizze.⁷ 't Beleg van Novara is belet bij de reegens,⁸ sulckx dat het Fransche leeger sich houdt bij Pont de Sture, het Spaensche bij Alexandrië. Den hertoch van Parma is in het Boullonnois met vierduisent paerden, 2 duisent man te voedt, 12 stucken geschuts.⁹ De paus doet de frontieren van Romagne bewaeren met 3 duisent Duitsen en 2 duisent Spagnarden en 36 stucken geschutz. De ligue van Venetië, Toscane, Modena heeft oock groote macht op de been, waerdoor de vice-roy van Napels gebracht sijnde in eenige vreese heeft omtrent Capua bijeengetrocken 3000 Duitschen, 2000 Spanarden en veel geschutz.

De Portugeesen hebben veele scheepen gaende nae Hispagne van Hamburg ende andre Rijckxsteden genoomen, waerover buiten twijfel questie sal rijsen, gelijck eertijts tussen d'Engelsche ende Poolen, Denemarq, Hansesteeden.

Eenige meenen dat de catholycke Ieren vanhier steunsel sullen becoomen.

1 Het origineel dat vermoedelijk weer een copie is van een niet teruggevonden nieuwsbrief aan Nicolaes van Reigersberch dd. 17 oktober 1642 (vgl. no. 5920), is verloren. Copie (zonder adres en ondertekening), afkomstig uit de briefwisseling van Grotius met P. Spiring Silvercrona, aanwezig te Stockholm, RA, E 1014 (bijlage bij een brief van P. Spiring Silvercrona aan J. Oxenstierna dd. 18/28 oktober 1642).

2 César, hertog van Vendôme (1594-1665), natuurlijke zoon van koning Hendrik IV, hield zich sinds 1641 schuil in Engeland. Zijn echtgenote Françoise de Lorraine (1592-1669), hertogin van Mercoeur, werd aanvankelijk vastgehouden in het kasteel te Chenonceaux (Lettres Richelieu VII, p. 277).

3 Frédéric-Maurice de La Tour d'Auvergne, hertog van Bouillon, nam zijn intrek in het kasteel van zijn zwager François de Roye de La Rochefoucauld, graaf van Roucy.

4 De presidenten Henri II de Mesmes (†1650) en Nicolas de Bailleul (†1652) waren in 1641 van hun zetel in het Parlement van Parijs ontheven; vgl. no. 5029 (dl. XII). In een schrijven van 23 oktober werd hen in hun ballingsoord medegedeeld dat de koning genegen was hen terug te roepen (Lettres Richelieu VII, p. 314).

5 De campagne van 1642 liep ten einde. Ondertussen had de Luxemburgse gouverneur Johan van Beck zich van het leger van don Francisco de Melo afgescheiden.

6 De expeditie van François de l'Hospital, sieur du Hallier, eindigde bij de Saar. De plaatsen Saarbrücken, Saint-Avold, Wallerfangen (Vaudrevange) en Sierck bleven in de invloedssfeer van hertog Karel IV van Lotharingen.

7 De voltrekking van het huwelijk tussen Luisa van Savoye en haar oom Maurizio van Savoye, prins van Oneglia, kon op 21 september te Nice plaatsvinden (Claretta, Storia della Reggenza I, p. 874).

8 In zijn nieuwsbrieven van 3 oktober had Grotius gemeld dat Henri d'Orléans, hertog van Longueville, erin was geslaagd Franse eenheden binnen de stad te leiden.

9 In plaats van door te stoten naar het hertogdom van Castro zwenkte Odoardo Farnese, hertog van Parma, bij het Trasimeense meer af in de richting van de noordoever. Een confrontatie met het pauselijke leger durfde hij bij nader inzien niet aan (Gazette 1642, no. 133, dd. 18 oktober 1642).

[p. 476]

Van Constantinople verstae ick dat die van Sevenberg¹⁰ noch niet eens en waeren met het Turckse hoff, also sij presenteerden jaerlijckx tot een eergifte dertichduisent croonen ende het hoff eyschte CXX duisent croonen. [Een] dominicain Calabrois is daer mahumetist geworden. Wij verstaen nu dat den hertoch [van] Parma ende zijn leeger rondom beset zijnde bij de paus[elijcke] trouppes gedwongen is geweest over den berg Apennin sich te retireren in Toscane.

10 De gezanten van vorst György I Rákóczi van Zevenburgen die op 3 juni hun missie naar het hof van de sultan hadden afgesloten; vgl. no. 5879.

Bovenaan de copie staat: Parijs, 17 October 1642.