Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 11
(1981)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd4698. 1640 juni 16. Aan N. van ReigersberchGa naar voetnoot1.Mijnheer, UEd. doet wel, soo veel mogelijck is, alle offensie af te snijden tusschen den coninc van VrancrijckGa naar voetnoot2 ende GolilasGa naar voetnoot3. Ick en twijffele niet, off veele sagen garen het contrarie. Hij sal doen dat hij can om sich te houden in goede poincten. De advysen van Engellant sijn conform deghenen, die wij hier hebben. Conde alle dese brouillerie 't hoff aldaer eenige andere resolutiën doen nemen, 't waer goed; ende soude misschien met hetselve middel mijnheer den palsgraefGa naar voetnoot4 connen werden geholpen ende de gemeente gecontenteert. Mijnheer den eertsbisschopGa naar voetnoot5 is weder in sijn huis te Lambeth. Van de Deensche saecken ben ick van uE. opinie. Dat MansfeldsGa naar voetnoot6 volck bij StalhansGa naar voetnoot7 is geslagen, werdt ons geconfirmeert van verscheide plaetsen. Vrancrijck accuseert seer de bloodicheit van de Vriesen die over het canael waeren gepasseertGa naar voetnoot8, ende verlangen iet goeds te hooren van den prins van Orangie. | |
De Engelschen hebben voor desen aen Spaignië in Oost-Indie groote diensten gedaen, ende sullen apparentelijck daerin continueren, soo sij niet in eenige handeling en comen met Swede ende Vrancrijck. Van de Brasylsche tijdingen sullen wij de seeckerheit verwachten. De tijdingen, die wij hier hebben van d'heer mareschal BannierGa naar voetnoot9 sijn seer goedt, alsoo men ons adviseert, dat sijn Ex.tie hebbende becomen een berg bij Salsfeld den vijant vandaer met schieten ende van beneden met attaques op sijne retranchementen soo seer heeft geïncommodeert, dat hij genootsaect is geweest sich binnen de stadt van Salsfelt ende daer ome bij te retireren, alwaer het canon niet en heeft naegelaten hem groote schade te doen ende ons volck hem het voer ende vivres te beletten. Men voeght daerbij, dat PiccolominiGa naar voetnoot10 door alle dese incommoditeiten is genootsaect geweest sich verder te retireren nae Leipsich ofte Voitlant ende gevolgt werdt bij d'heer Bannier niet sonder apparentie van door de onsen groote afbreuck te lijden sijnde 't leger soo van de heer Bannier als van het secours van den hertogh van LonguevilleGa naar voetnoot11, Hessen ende Lunenburg, welck secours bedraegt bij de achtienduisent man seer schoon volck, wel gewapent. Piccolomini was noch verwachtende een deel van de Beierschen, die haer hiel[d]en in Franckenlant. Den keiser werdt verwacht te RegenspurgGa naar voetnoot12. Van Italië heeft men hier gesegt ende gedructGa naar voetnoot13 dat den graef van HarcourtGa naar voetnoot14 den 2 Juny, naedat hij eene partij van de vijant hadde afgeslagen, waervan ick voor dese heb geschrevenGa naar voetnoot15, noch twee andere attaques, die daerop sijn gevolgt, ende ter selver tijd twee uitvallen van den prince ThomasGa naar voetnoot16 seer treffelijck heeft afgekeert, maer laeter brieven van de sestenGa naar voetnoot17 leeren ons, dat van dese tijdingen gantsch niet en is, 't leger van den grave van Harcourt noch niet ten volle sijnde besloten, alsoo daeraen noch wel 14 dagen wercx ontbreect, ende den marquys de LeganésGa naar voetnoot18 sich dagelijcx meer ende meer sterckende ende schietende seer dapper van eenige hoochten in 't leger, soodat de uitcomste van Thurin noch seer onseecker is; ondertusschen hout Italië haer seer geobligeert aen den graef van Harcourt door 't ontzet van CasalGa naar voetnoot19, sonder hetwelcke heel Italië scheen te vallen onder 't joch van Spaignië. Wij verwachten, wat de twee legers van de marescaux de Chastillon ende LamilleraiGa naar voetnoot20 sullen doen. Eenige meenen, dat sij haer tesamen sullen vougen om Arras te belegeren, anderen dat den marescal de Chastillon gaet belegeren Aire oft Béthune. Boven dese twee legers heeft den coning noch twee vliegende legers, eene onder den marquys de GêvreGa naar voetnoot21 om te beletten het voornemen van den hertogh Carel ende BeckGa naar voetnoot22 een ander onder den marquys de VilleroiGa naar voetnoot23 ontrent Dolen om aen die van het graefschap van Bourgogne den oogst te benemen. | |
Den abt de FliscoGa naar voetnoot24 hier woonende heeft last van den paus - alsoo sijne nuntiusGa naar voetnoot25 hier niet wel en is gesien - de saecke van de vrede ofte trefves te vorderen ende maect niet weinigh fundament op die beroerten in Catalogne. Want hoewel soo veel Castillanes niet en sijn doot gesmeten als de Fransoisen in 't eerste seiden, soo is evenwel waer, dat in Barcelone de gevanckenisse bij de gemeente is opgebroocken, waervan wij seeckere getuigen hebben, eenige personen, die hier sijn, gecomen uit deselve gevanckenisse ende dat geroepen is vive Francia. Den vorst van BeierenGa naar voetnoot26 schijnt eenige, doch sobere presentatie te doen aen het huis van den Pals, maer die handelinge aen te gaen waere vol peryckels voor mijnheer den churfürst, al waer het soo, dat sijne churf. Doorluchticheit met geen woordt aen Vrancrijck waere verbonden. Sijne churf. Doorluchticheit is, God loff, nu wel te passe ende wacht, wat advys uit Engellant sal comen, alwaer wij verstaen, dat de seditie is gestilt ende den coninck selve sich wil laeten vinden bij het parlement van Schotlant. Wat cours daer gezet sal werden, daeraen is soo het huis van den Pals als de gemeene saecke seer veel gelegen. De Fransoisen, wat vol sijnde van glorie over de saecken in Italië, clagen over de cleine courage van de Vriesen, naedat sij gepasseert waeren over de Lede, meenende, had men de Fransoisen die commissie gegeven, dat sij 't veel beter souden hebben verricht. Maer soo Brugge niet ten halve, maer ten volle belegert werdt, sal alle onlust tusschen de vrunden licht vergeten werden. Den 16 Juny 1640.
Veele meenen, dat het belegh van Charlemont meer gedient heeft om te bedecken een desseing op Sedan, 'twelck misluckt is. Vijf ende twintich schepen sijn van Rochelle getrocken nae de Straet van Gibraltar tot eenig desseing in de Middellandsche zee. HallierGa naar voetnoot27 ende De Gêvres vougen haer tesamen. Lamillerai is gepasseert bij Pérone; Chastillon treckt nae de cant van St. Omer. Lamboi ende SilveGa naar voetnoot28 houden haer tusschen Artois ende Henegouwen. Men doet hier scherp ondersoeck op het schroeien van de munte. | |
Adres: Mijnheer mijnheer van Reigersberg, raedt in den Hoogen Raide in Hollant, in den Hage. In dorso in andere hand: Den 16 Iunii 1640. |
|