Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 7
(1969)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd2586. 1636 mei 9. Van J. de GrootGa naar voetnoot12.Seer lieve ende waerde zoon ende dochter de Groot, Wij wenschen allegader uwer E. met alle derzelver lyeve huysgesin alle geluck, gesontheyt ende zalicheyt. Seer waerde zoon ende dochter, uwer E. crijgen van mij weynich bryeven, | |
hetwelcke daerdoor geschyet, omdat ick het uwer E. broederGa naar voetnoot1 eens voor al toebetrout hebbe, dat, zoo menichmael hij aen uwer E. schrijft, daerbij oock van ons mentie soude maecken. Voor wat nieus dyent, dat Neeff den ontfanger De ManGa naar voetnoot2 zijn officie als ontfanger heeft opgeseyt, in wyens plaetse werden gedestineert de burgemeester Duyst van VoorhoutGa naar voetnoot3, brouwer op 't Heulken, ende de schepen WelhouckGa naar voetnoot4. Neeff de VoochtGa naar voetnoot5 hadde wel gehoopt zelver het becomen te zullen hebben, maer daer is eens voor al resolutie genomen, als yemant van de vroetschap daernae staet, dat dezelve voor alle andere zal sijn geprefereert. Men hadde alhyer gemeynt, dat met deze onze victorie ende overweldinge van SchenckenschansGa naar voetnoot6 de gemoederen vervreempt souden hebben geworden om van gheene onderhandelinge tot pays ofte treves te willen hooren, maer men bevindt geheel anders, want de Heeren Staten van Hollandt hebben een eenparige resolutie genomen, indyen Sijne M.t van VranckrijckGa naar voetnoot7 daertoe toestaet, dat zijluyden mede zich daertoe zullen vougen van daerop te delibereren. Uwer E. zoon Peter de GrootGa naar voetnoot8 is alhyer; ick bevinde, dat al wel in de rechten heeft aengenomen. Wij hoopen, indyen alhyer yet besonders in den oorloge werdt voorgenomen, onze Diderick van CrayenburghGa naar voetnoot9 wederom alhyer heeft te sijn. Hyermede, seer waerde zoon ende dochter de Groot, Godt almachtich wil uwer E. ende ons allen verleenen 't gunt Hij weet dat ons zalich is. Metter haest in S-gravenhage, den 9e May 1636 st. nov. Al. uwer E. goetgunstige goede vader
|
|