Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 3
(1961)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd1355. 1628 december 24. Van J. BrasserGa naar voetnoot2.Laus Deo. Den 24 Dese(mber 1)628. In Amsterdam. Mon cousyn, Met de voorgaendeGa naar voetnoot3 hebbe uE. geadviseert de misversta(nden,) welcke hyer waren ontstaen voorgaende Woonsdach. Zoo de 36-raden waeren vergadert smorgens ten halffver negenen ende dat de precyssen onder deselve meynden, men soude handelen om dselve misverstanden wech te nemen ende haer contentement te doen, zoo werde bij den heer OverlanderGa naar voetnoot4, president van borgemeesteren, geproponeert, dat de voors. swaricheyden Zijn Extie. gecommuniceert zijnde dselve Zijne Extie. om verder quaet voor te koomen hadde goet gevonden haer toe te senden 10. a 1200 soldaten, dwelcke dyen nacht van Wttert gekoomen ende alrede voor de Regulierspoorte leggende waeren, dat de heeren 36-raden oversulckx souden gelyeven te resolveren, offse dselve souden willen innemen off nyet. PaeuwGa naar voetnoot5 alrede in den raedt sittende ende hyer nyet van wetende was nyet weynich gealtereert ende harangeerde seer lange, ten eynde men se nyet soude innemen. Men seyde, dat het lang genouch geharangeert was ende dat men soude procederen tot omstemminghe, twelck soo es wtgevallen, als uwe E. bij de neffens gaende gedruckte publicatieGa naar voetnoot6 kont syen, zoodat het volck es ingekoomen ende dese stadt nu voorsyen es in alles met 2000 goede soldaten. Ende nu sal men voorts syen, wat ordre bij de magistraet tot maintienement van haere authoriteyt ende tot ruste vande stadt sal werden gestelt. Ick wenste, dat se mochte gedient zijn van uE. advys. Hoe seer dit goet beleyt de precysianen wt haer gissinge gaet, can uE. wel dencken. Terwijlle men hyermede doende was, zoo waeren de dolerende | |
burgers in den Hage mede doende met het overgeven van haer 2e remonstrantie, dan alsoo de gedeputeerde deser stede ten dachvaert die morgen daer raporteerden, wat hyer was gepasseert, soo vondt de vergadering nyet goet men dselve 2e remonstrantie soude lesen, maer dye wederom doen wtgeven aen de remonstranten off dolerende burgers ende haer daerbij doen aenseggen, dat zij haer souden hebben te adresseren aen haere magistraten, ende zijn de heeren van Amsterdam bij de vergadering ernstelick versocht ende vermaent geene straffe censure off enighe vorder procedure te intenteren, maer alles over het hooft te syen ende te doen publiceren een amestie tot ruste ende vrede ende meerder verbintenisse in enicheyt van haere borgeren ende inwoonderen. Tsucces daervan moet den tijt leeren; bij veranderinghe hoope ick uwe E. te advyseren. Hyer es seecker advys, dat Pyet Heyn met sine vloot in Engelant es, wert alle uure verwachtGa naar voetnoot1. De Dunckerkers met 27 schepen wachten hem mede ontrent de Hooffden; hoope dat hij der wel sal deurkoomen. Uwer E. bryeff van 9. heb wel ontfangen, uwe E. bedanckende vant advys. Hyermede met nichte na vrindelicke groetenis Godt bevole. In haeste. Uwer E. dienstw. cousyn
| |
Adres: A Monsieur Monsieur Grotius viz à viz l'hostel de Condé au faulxbourg St. Germain. A Paris. Francq. In dorso schreef Grotius: 24 Dec. 1628. Brasser. |